maandag, december 29, 2008

Vroege vogel.

Wat nou 1 januari?
Waarom ga ik er niet NU al heen?
Het is daar veel mooier, leuker, handiger en reclamelozer.

Vanaf NU dus.

Tylani woont op Tylani.nl.

Wintergedachten.

Ik hou niet van kou. Vroeger kon ik er nog wel een beetje tegen, maar sinds ik ME heb heb ik heb echt een hekel aan kou. Ik ben het soort persoon die bij tweeëntwintig graden in de woonkamer de kachel hoger wil. Die haar shirts uitzoekt op over-elkaar-aantrekbaarheid. Die op stal bij haar paard van september tot mei een muts op haar kop doet. (*)

Maar als het dan toch moet winteren, doe me dan maar winter waar je wat aan hebt. Niet van dat halfzachte, net wat boven nullige druilweer met natte sneeuw, nee, het beter vriesweer, daar hou ik van. Droog, zonnig en vijf tot tien graden onder nul. Schaatsweer.

Vroeger kon ik schaatsen. Voor de vermoeidheid mijn spieren velde woonde ik in bij de familie van een bekende schaatser en schaatste dus zelf ook. Ik en mijn combinoren -op echte leren schoenen kwam dit stadskind niet vooruit- schaatsten in het jaar dat de Elfstedentocht werd verreden zelfs de negen dorpentocht van om en nabij de tachtig kilometer. Sindsdien stond ik nog tweemaal op het ijs. Een keer met Lyka op een plasje, een jaar of vijf geleden en een jaar of wat daarna op de stadsijsbaan van Delft. Beide keren bleek ik in ieder geval de theorie van het schaatsen nog te bezitten, ook al maakte mijn gebrek aan spierkracht snel een einde aan enig langdurende ijspret. Maar ja, echt vriezen hadden we dan ook al in geen jaren gehad, en ijsbanen zijn sowieso minder leuk dan the real thing, dus ik had een excuus.

Mijn schoonouders wonen in S., een vergelijkbaar dorp als hetgeen waar ik destijds woonde bij mijn schaatsende pleegouders. Ze hebben er geen negen dorpentocht, maar wel een ondergelopen weiland, wat in de winter de benaming 'schaatsbaan' krijgt. Mijn schoonmama was lid en ik mocht doen alsof ik haar was en zo togen Lyka en ik naar de ijsbaan. Alwaar het hele dorp met ons was. Vóór ons wel te verstaan. In een hele lange rij. Zonder enige zitplaatsen.

Maar ik heb geschaatst.
En het ging best goed, ik ben niet gevallen en heb schoonmoeders kunstschaatsen niet gesloopt. (Mijn eigen oude vertrouwde combinoren bleken in tien jaar berging toch wat roest en botheid opgepakt te hebben.) Ik heb één heel rondje grote baan gehaald en verscheidende rondjes kinderbaan. Ik had zelfs nog energie over om de auto naar huis te rijden.

Dus eigenlijk moet ik nu tevreden zijn. Het vriest, er was ijs, ik schaatste, ik ben gelukkig. Op deze herinneringen kan ik weer jaren mee.
Het heeft dus helemaal geen zin om te dromen over een dichtgevroren Vlist en warme chocolademelk bij schaatsschuur Van Diemen. Nee, beter ben ik maar gewoon tevreden.

...

Ik moet mijn hoofd toch eens leren wat beter naar me te luisteren.

(*)Ik kan ook niet tegen warmte, tenminste, van het soort dat boven de drieëntwintig graden is, te vochtig, te droog of te zonnig, maar das een heel ander verhaal.

zondag, december 28, 2008

Eigen.

Ik heb mijzelf gekocht.
Tylani.nl.
Samen met mijnachternaam.nu, die gaat zorgen voor emailadressen met mijn naam erin, daar mijn echte naam in het Engels ongeveer zoveel voorkomt als het Nederlandse 'Sander' en ik dientengevolge nog nooit een mailadres met mijn eigen naam heb gehad. Niet dat dat nu zo heel belangrijk is, maar wel leuk, en als je toch een tylani.nl gaat kopen kan dat er mooi bij.

Hoe dan ook, ik ga dus weg bij blogger.
Nanne heeft al wat gekeken naar de site, en ik heb Nucleus, en een achtergrond en ik kan al aan de slag. Er zijn nog geen postjes van deze site naar die, dus het is er nog een beetje leeg. De postjes die er wel staan zijn oud, en eigenlijk alleen maar om te kijken hoe de verschillende skins eruit zien. Maar vanaf 1 januari ben ik er. Met al mijn zin en onzin. NOg wel wat onder constructie, maar daar kijkt u wel doorheen, toch?

zaterdag, december 20, 2008

Gedoe.

Nanne en ik gaan trouwen.
Op zeven zeven tweeduizendnegen, want op zeven zeven tweeduizendzeven zijn we verloofd.
Maar dat wist u al.

Omdat we houden van op tijd zijn we al in ondertrouw gegaan -daar waar we wonen- en hebben we de bruiloft al geregeld en betaald -daar waar we willen trouwen-, zodat we zeker weten dat geen enkele bureaucratische gemeente nog roet in het eten kan gooien. Feitelijk kunnen we dus gewoon wachten tot juli en dan in onze spijkerbroeken gaan trouwen. Maar dat gebeurt natuurlijk niet. Ty wil 'mooi' en 'gaaf' en 'maar eenmaal in je leven' en meer van dat al. Onderdeel van dat 'eenmaal' waren dingen als hairextensions -kom nou zeg, je dacht toch niet dat ik vierhonderd eurie ging neertellen voor iets anders dan trouwen-, trouwkoetsen met matching zwarte friezen en een feest wat zich vooral niet in de vereniging -want die zien we al zo vaak- zou afspelen. Het mag duidelijk zijn dat wij met ons iets-hoger-dan-minimum inkomen dat niet echt kunnen betalen.

OK. Daar komen we wel overheen. Trouwen kan ook anders. Wat nou 'had ik altijd al gewild', een visie is er om te wijzigen.
...
Ik zat er toch mee. Maar ik zette me erover heen en keek naar dat wat we ons wél konden veroorloven. Of wat er gewoon nodig was.
(Dat 'nodig', dat moet u ruim zien hoor. Ik kan best begrijpen dat anderen het hebben van een jurk van ettelijke honderden euro's niet als noodzakelijk beschouwen en dat ringen best van een ander materiaal dan witgoud kunnen, maar bij mij kan dat niet. Zonder jurk wordt er niet getrouwd. Punt.)

In het kader van het alles op tijd regelen maakten wij van de week alvast ons eerste tijdschema. Wanneer komt wat, wat kost wat en wie gaat wat regelen.
Nu zoek ik dus een aparte, gothic-achtige, misschien wat middeleeuwse of anderszins vage maar vooral niet zwarte en toch mooie en niet te warm of koude, trouwjurk.
Bij voorkeur bij een zaak om de hoek zodat ik hem kan passen en proberen en dan precies in mijn maat maar wel zo dat ik hem volgend jaar kan inruilen voor een jurk die ik dan wel pas omdat ik nog tien zwangerschapskilo's kwijt moet. Dat u niet denkt dat ik veeleisend ben ofzo.

Na een middagje internetten had ik pas vier opties. En allemaal van zaken overzee, met non refund policies (maar dan weer wel met tailored to fit).

Nanne doen we gewoon een jasje of een pak, Lyka een jurkje in ongeveer de kleur van de mijne. De ringen de goedkoopste bij de plaatselijke juwelier en het feest in de vereniging.
Dus waarom is het kiezen van een jurk zo moeilijk?!

Ik had veel beter meisje kunnen blijven, zonder dat vrouwelijke was ik veel eerder klaar geweest met al die trouwkleding. Alhoewel ik me afvraag of Nanne daar mee in zou stemmen, Ty in legerbroek en bandshirt in het stadhuis...

dinsdag, december 16, 2008

Krabbers United.

Waar het krabben van ochtendijs van mijn Myka al niet goed voor is. Vooral voor koude handen, maar ook voor gedachten als: 'Scratch. Dat kan nooit de juiste vertaling van 'krabben' zijn. Niet als het om het ontijzen van auto's gaat. Straks even opzoeken.'

Dat zoek je dan op, en behalve dat Google je dan redelijk grappige reclamefilmpjes geeft vind je dan ook dit.

De club van mensen die er een hekel aan heeft hun auto te de-icen.

Laat het even op u inwerken. Ik weet dat het veel is om in een keer binnen te laten.
Er is een club van échte ménsen die steun bij elkaar vinden bij het ijsloos maken van hun auto's.

Dat we weer even weten dat onze problemen eigenlijk niets voorstellen...

vrijdag, december 12, 2008

Als de lichtjes doven...

Lyka en ik gingen de kerstboom opzetten, nog best een heel karwei, daar een jaar stof vergaren in de berging blijkbaar genoeg was om in het geheel te vergeten hoe dat ook al weer ging, die takken insteken. En daarbij is ons huis eigenlijk te klein voor een boom van één meter tachtig. Maar wat zou het, we hadden het vermaledijde ding eindelijk op zijn plek en alle takken zaten mooi, hij leek bijna echt. Nu hoefden we alleen nog maar de lampjes te ontwarren, die erin te hangen en dan konden we de leuke dingen gaan doen: het daadwerkelijke optuigen.

Lampjes dus.

Ontwarren, dat wilden ze nog wel. Maar branden, dat zat er niet in.
Misschien verwacht ik ook te veel van simpele kerstlampjes. Ik had ze zeven jaar geleden aangeschaft en verwachtte eigenlijk dat ze het nog deden. Vorig jaar deden ze het immers ook nog. Maar dat is blijkbaar niet het soort gedachten wat men ongestraft mag hebben.
Geen lampjes dus, zelfs niet in vier andere stopcontacten.
En het was tien voor negen.

Naar de stad racen om tien minuten voor sluitingstijd was me echt te veel, en ondanks Lyka's veelvuldige protesten dat lampjes echt niet per sé nodig waren in een boom of anders toch wel na de ballen opgehangen konden worden stelde ik het optuigen uit tot zondag. De boom laten we ondertussen staan, groen en leeg.

Nanne is werken.
Iets met verhuizing van computers en servers en dat dat niet overdag kan omdat er dan klanten gaan zeuren.
Moreno is bij oma, want wij gaan morgen met Lyka een intiem dagje gedrielijk naar de Spellenbeurs in Amersfoort.
Lyka ligt al in bed, om bovengenoemde, voor vroeg opstaan zorgende redenen.
Ik ben alleen beneden, met een lege, groene, donkere, eigenlijk te groot voor de kamer zijnde kerstboom en een kop thee.

Dat ik me nu heel, héél alleen voel, das niet heel abnormaal, toch?...

Waarmee dus maar weer eens bewezen is dat ik een bijzondere gave heb voor het zwelgen in mijn eigen ongeluk. In plaats van mijn eenzaamheid aan de spar te hangen en in mijn warme bedje een luisterboek gaan liggen luisteren ga ik er een logje over pennen...

donderdag, december 11, 2008

Keuzevrijheid.

Pacifier
A pacifier or binky or piece (North American English), dummy (British, New Zealand, and Australian English) or soother (Canadian and Irish English), is a rubber, plastic, or silicone nipple given to an infant or other young child to suck upon.


Waar moet je als Nederlandse, je kind tweetalig opvoedende, van simpel houdende ouder in hemelsnaam voor kiezen?

Erfelijk.

Toen ik tien jaar oud werd vonden mijn ouders het tijd worden om me te vertellen dat Sinterklaas niet bestond. Dat de Goedheiligman eigenlijk mijn vader was, die de bak met hout voor de open haard ging halen, of de buurman van verderop uit de straat. Dat Zwarte Pieten een verzinsel waren en dat de cadeautjes gewoon door mijn moeder waren gekocht bij de plaatselijke speelgoedwinkel.

Ik was boos.
Ontzettend teleurgesteld ook.
Ik wilde geloven, geloven dat er iets goeds was in mijn wereld, die zo weinig goede dingen kende. Ik wilde dat er iemand was die me iets gaf zonder er iets voor terug te verwachten, iemand die onvoorwaardelijk om kinderen gaf. Toen ik erachter kwam dat het allemaal een grote leugen was zag ik pas hoe blind ik was geweest. En dat het handschrift van de rijmpiet inderdaad met reden op dat van mijn vader leek.

Maar, mijn broertje was pas zeven. En wist nog van niets (of liever: van alles). Dus dienden wij nog op de 'ouderwetse' manier Sinterklaas te vieren. Met een grote jute zak, pepernoten en chocolademelk, de open haard en een harde bons op de deur.
(Wat is dat trouwens, het is 1989, hij geeft ons wel radiografisch bestuurbare autootjes kado maar weet niet hoe een deurbel werkt?)
Het viel me ineens op hoe raar mijn moeder lachte als ze weer een cadeau met haar naam opende en overduidelijk onverbaasd was met de inhoud. Hoe vreemd haar 'dankuwel Sinterklaas' klonk als ze zei: "Een kaasschaaf, dat was net wat ik nodig had!"
Nu was mijn moeder in het geheel nogal een raar mens, maar dit moest ik toch even navragen.

"Koop jij alle cadeau's zelf dan? Daar is toch geen lol aan?", vroeg ik later -buiten gehoorsafstand van nieuwsgierige broertjes- in de keuken.
"Je vader is niet zo van het kadootjes kopen", meldde mijn moeder.

Dat ga ik geheel anders doen, dacht ik toen. Als je tien bent zit je nog vol met van die 'als ik later groot ben' gedachten. Tegen de tijd dat je boven de twintig geraakt kom je erachter dat groot zijn vooral inhoudt dat je voortzet wat je in je kindertijd geleerd hebt en bovendien veel meer dingen 'moet' dan je als kind ooit gedacht had, maar dat daargelaten.
Zojuist heb ik met Moreno op bed de kerstcadeautjes ingepakt. Of liever, hij heeft naar het plafond gelachen en naar de muur gebrabbeld en ik heb geknutseld met schaar en plakband. En ik bedacht me ineens waaruit de kado's zoal bestaan.
De scheurkalender van het volgende jaar. De maandagenda voor aan de muur. Moreno's rompertjes, in de volgende maat. Nuttige dingen. Dingen die we toch al nodig hadden. En dat ik, zonder uitzondering, van elk pakje weet wat erin zit. Niet omdat Nanne het niet zou willen, maar omdat het zo beter uitkomt. Omdat dat nu eenmaal is wat moeders doen. En dat daar nog best wat lol aan te behalen valt.

...

Stiekem toch maar even aan Nanne hinten dat hij Lyka met wat euro's de Xenos in stuurt. Eén pakje met onbekende inhoud moet toch kunnen...

Ontdekkingstocht.

WiebelWiebel.
ZwaaiZwaai.
Stomp!
Au!
HebbeHebbeHebbe.
WiebelZwaai.
Hè, waar issie nou?
Stomp!
Au!
HebbeHebbe.
ZwaaiWiebel.
Nouhouhou!
Ik wil hebbehebbehebbe!


Baby's hebben als ze geboren worden alleen een hoofd. De rest van het lijf zit er wel aan, maar een bewuste wetenschap dat die arm/been/vingers van hen zijn, dat duurt een tijdje.
Moreno lijkt door te krijgen dat armen dingen zijn die je kunt bedienen. En dat je, als je maar flink wiebelt en zwaait, je vuist kunt zien bewegen. Naar dat hoofd dus. Daar waar die mond zit, een baby's belangrijkste instrument om de wereld mee te ontdekken.
Nu gaat dat bewegen nog niet erg vloeiend. En mept hij zichzelf elke keer met zijn vuistje in zijn oog, waarna hij hem naar beneden richting kin trekt om daarna te proberen zijn lippen eromheen te krijgen. Dat past natuurlijk niet, en daarbij heeft een andere onwillekeurige spier de arm inmiddels weer naar buiten gezwiept, waardoor er zich nu helemaal niets sabbelbaars meer in de buurt van de mond bevindt. Omdat hij inmiddels niet meer weet dat hij dat net met zijn handje deed gaat hij dus maar heel hard huilen om het gemis van enige zuigbaarheden. En probeert vervolgens de hele riedel weer opnieuw.

Waanzinnig om te bestuderen, zo'n baby.
Ik kan bijna niet geloven dat ik bij Lyka nog aan studeren toekwam...

dinsdag, december 09, 2008

Bezoek.

Een Belgische onderzoekster in een huurauto van de Universiteit Maastricht die een speekselmonster kwam nemen om te kijken of ik wel de waarheid had gesproken in alle vragenlijsten over mijn (niet)rookgedrag.

Ik vraag me af welke rijkaard hun onderzoek financiert...

woensdag, december 03, 2008

Anders.

Ik was al een halfjaar niet meer 's ochtends in mijn vereniging geweest. En het maakt nogal wat uit, of men 's ochtends of 's avonds het verenigingsgebouw betreedt. Dat heeft eigenlijk niets met het daadwerkelijke tijdstip van aankomst te maken als wel alles met de aanwezigheid van een of meer Andere Leden op een vroeg uur.
Andere leden die, zeg, het licht aan zouden hebben gedaan.

Een niet onbelangrijk detail, dat licht, daar de hoofdruimte van ons verenigingsgebouw een zeer fraai gewelfde veertiende eeuwse kelder is. En een totaal gebrek aan enige glasvormen heeft die potentieel daglicht zouden kunnen binnenlaten.

Ik was dus sinds juni niet meer alleen in het gebouw geweest. Laat er nu in juli en augustus nogal wat verbouwd zijn. Dan zijn wij gesloten, de studenten met vakantie bij hun ouders en dat is dus dé tijd om iets aan je gebouw te doen. In dit geval behelsde de jaarlijkse kluslijst een stel extra muren. Er was iets met geluidoverlast en buren en maximale hoeveelheid decibellen en de gemeente en mogelijke hoge boetes en zo besloot het bestuur tot het aanleggen van een ingenieus gangenstelsel van gemetselde muurtjes die dat geluid dan gingen tegenhouden.

Of dat met dat geluid ook daadwerkelijk gelukt is, daar heb ik geen idee van.
Wat wel gelukt is, is het verplaatsen van alle schakelaars. Inclusief die ene die vroeger naast de deur zat en waarmee men licht in de kelder maakt. Het soort licht dat nodig is om van de ene naar de andere kant te lopen, waar het Grote Paneel -en alle andere schakelaars- zich bevindt.
En zo stond ik in de -voormalige, want die deuren waren ook verplaatst- deuropening.
Verloren in de duisternis.
Voor het eerst in tijden balend dat ik niet meer rookte, daar een Zippo dan tenminste nog redelijk dienst doet als kaars.
Ik besloot uiteindelijk naar de overkant te strompelen. Erop gokkend dat de zaterdagploeg de stoelen braaf, net als vroeger, op de banken gestapeld had en niet door de hele kelder had verspreid.

Dertig seconden later deed ik bij het Grote Paneel de lichten aan.
Goh, hij had zo groot geleken in dat donker.

Tien minuten daarna kwam het eerste Andere Lid aan. Een bestuurslid nog wel, aan de vroege kant voor zijn vergadering. Een broekie nog, een newbie, zo kort lid (*) dat ik moeite had me zijn naam te herinneren. En die me desgevraagd de schakelaars toonde waarmee men tegenwoordig het kelderlicht bediend. Daaro, aan de wand, daar waar hij altijd al zat, precies naast de plek waar vroeger de deur zat.

...

Ik? Blond?
Neuh hoor...

(*)Dat 'kort' dat moet u wat in perspectief zien hè. Dat u niet denkt dat ik al oud ben ofzo...

Regeltjes.

Mijn vent moest op de foto.

Iets met bijna verlopen reisdocumenten en goedkoper bijschrijven tijdens de aanvraag van je nieuwe paspoort. Er was geen ontkomen aan, zo meldde de vriendelijke dame van het stadhuis; ook baby's moesten een pasfoto meenemen. Hoe ik geacht werd een tien weken oude vent die nog niet eens zijn hoofd rechtop kan houden, laat staan kan zitten, op een foto te krijgen, dat zei ze er niet bij.

Ik belde met wat fotozaken, die me verzekerden dat alles goed kwam en zocht wat reglementen voor foto's op. Onderaan stonden de uitzonderingen, met plaatjes van twee niet bijzonder flatteuse baby's die illustreerden dat er voor kinderen andere regels gelden.
'Onze vent is veel mooier', zo berichtte ik Nanne vlak voor ik naar de fotozaak vertrok.

Een half uurtje later was ik thuis met acht pasfoto's.
Moreno ziet er net zo uit als het jongetje in de folder. Baby's fotograferen blijkbaar alleen mooi als je Anne Geddes heet. En je ziet mijn vingers nog ook. Dat de fotograaf überhaupt nog iets heeft kunnen vastleggen, tussen het heen en weer zwaaien, lachen, spugen en knikkebollen van mijn vent door, vind ik een wonder.

Het is ook een rare regel ook, kinderen op de foto in een paspoort. Die hele elektronische gezichtsherkenning gaat niet op als je niet duidelijk volgens de regels op de foto staat en door kinderen van die regels af te laten wijken kunnen ze dus haast per definitie niet automatisch herkend worden. Dus waarom moeten ze dan nog op de foto?

Dinsdag is onze afspraak.
Wee de ambtenaar die zegt dat ze niet goed zijn...

Grondvisie.

Maanden en maanden en nog meer maanden hangt er aan onze verwarming een kattenligding dat sinds het overlijden van onze Suzy door de andere twee eigenlijk nauwelijks gebruikt wordt. De twee heren Indigo en Rhesi slapen liever in de kinderwagenbak -daarbij de hele bak onderdompelend in vieze poezenpootjes-, de maxi cosi -die voor elke keer dat Moreno er in reist onthaart moet worden- in de vensterbank -die potten met planten staan daar toch om eraf gegooid te worden- of op ons bed.

Toen van de week de zoveelste pot van de vensterbank viel en zijn -helaas net bewaterde- inhoud over ons kleed en het kattenligding deponeerde was de maat vol. Hij moest maar eens gewassen en gezogen en vervolgens opgeborgen. Tot een nieuwe kat die hem wel zou waarderen of tot de onze te oud zouden zijn voor kinderwagenbakken.
Dus zo lag de hoes schoon en bijna haarloos op de tafel te wachten op zijn voorlopige rustplaats.

En zo gooide Indigo hem op de grond.
En ligt er nu al de hele dag op.

Wat een etter.

Hij gaat vanavond toch lekker de berging in.

maandag, november 24, 2008

Sterke mannen.

Wij hebben katten. Katers. Twee stuks. Van ruim een half en één jaar oud. En een kattenluik.
Die katten die houden van ons, en omdat ze dat doen, en dit huis en zijn warmte en voedsel waarderen, nemen ze zo af en toe een cadeautje voor ons mee. Iets muizigs. Wat dan mooi middenin de gang ligt als je wakker wordt. Heel kattig allemaal, heel natuurlijk.

Vanmorgen was het half zeven en waggelde ik slaapdronken door de gang naar de wc. Moreno sliep nog, Nanne stommelde boven in de badkamer. Om half zeven is ons gezin een hoop, maar echt wakker en alert hoort daar niet bij. Onderweg naar de wc passeerde ik wat zwarte stofjes. Nu ja, de katten zullen wel weer gestoeid hebben. Of misschien wat blaadjes mee naar binnen hebben genomen. Het is echt verbazend wat ze allemaal mee naar binnen nemen door dat luikje. Ik kwam van de wc en waggelde verder naar de woonkamer. Deed het licht aan en draaide me om om in de keuken thee te gaan zetten. Hmm, ook hier die zwarte stofjes. Ze hebben flink gestoeid, ruzie om wie er in de kinderwagen mocht slapen zeker.

Ik draaide me terug.
De hele woonkamer bleek besproeid met zwarte stofjes, die bij nader inzien veren bleken te zijn. Vele, heel vele, kleine zwarte veertjes. Behorend bij een, jawel, zorgvuldig op het tapijt geplaatste en erg overleden, zwarte vogel.

Naannnuhhh!

Waarop mijn vent van boven naar beneden stormde om ons huis te ontvogelen en alle veren zorgvuldig op te zuigen.

Af en toe is het heerlijk om vrouw te zijn.

(Iets wat natuurlijk na vandaag subiet is afgelopen nu ik dit heb geschreven. Nanne leest mijn log óók...)

zondag, november 23, 2008

Vakantiehuisjesgevoel.

Bij het licht van een gelige lantaarnpaal besneeuwde heg en takken kunnen zien vanuit je luie stoel in de woonkamer.

dinsdag, november 18, 2008

Zeer grauw verleden.

Nog even over Jong gesproken:

Penny-meisje, ik dacht dat dat woord allang overleden was.
Om eerlijk te zijn, ik hoopte dat de hele Penny overleden was. En dat ik vooral nooit ergens hoefde toe te geven dat ik dat ding zelf ooit las.

Na onderstaande omschrijving (pas op, indien u nooit gehoord heeft van het begrip 'paard' of 'stijgbeugel' of anderszins nooit op aanverwante fora komt dan begrijpt u er niets van) kan ik echter gerust slapen. Ik had én geen eigen paard én maakte zelden vlechtjes. Ik las het blad alleen maar. Helemaal niet iets waar je je als zestienjarige voor moet schamen, toch..?

Kenmerken van de Penny

* De Penny maakt veelvuldig gebruik van het woord 'zielig', 'sielugh', 'zielug' of een variant hiervan. Ook MSN-taal is populair in het Penny-circuit.

* De Penny houdt van verwaarloosde en/of mishandelde paarden en wil ze graag redden.

* De Penny grijpt naar onorthodoxe geneesmiddelen in geval van verkoudheid of andersoortige medische problemen. Voorbeelden zijn: Groentesoep, Bossche bollen en bakstenen.

* De Penny vindt dat er dag en nacht met een paard getut moet worden, ook als het paard daar regelmatig bezwaar tegen aantekent. Dit geldt speciaal voor veulens, jaarlingen en twenters.

* De Penny biedt zich altijd aan als luisterend PB-oor in geval van dode paarden, pony's met koliek en afgefikte huizen. Meestal kent ze de betreffende bokker niet.

* Penny's zijn veelal groene bokkers, echter zeker niet altijd, laat dus in geen geval uw aandacht verslappen als het om een doorgewinterde bokker gaat!

* De Penny reageert doorgaans erg fel als hij/zij wordt aangesproken op haar Penny-schap. Laat u hierdoor niet van de wijs brengen maar houd voet bij stuk, u als gediplomeerd Patrouillant weet immers waar u het over heeft.

* Sommige Penny's maken overal waar ze komen vlechten in manen en staart, al dan niet met roze strikjes. Als u een paard signaleert met gevlochten manen, wees dan op uw hoede. De Penny kan nooit ver zijn.

* Er zijn Penny's die veelvuldig gebruik (willen gaan) maken van allerlei hulpteugels en -bitten, alsmede excessief grote sporen en zwepen van onvoorstelbare lengte. Mocht u zo'n Penny tegenkomen wijs deze dan terecht.

* Boktnamen van Penny's bevatten veelal de woorden 'girly', 'lady', 'love' alsmede woorden die eindigen op -tjuh(hhh). Echter niet alle Boktnamen die er zo uitzien zijn ook daadwerkelijk Penny, verricht dus grondig onderzoek alvorens over te gaan tot het uitdelen van een *STEMP*.

* Penny's schrijven nooit 'lief' maar meestal 'liev'. Deze Penny's zijn vaak te vinden in de Kraamstal. Dit is een belangrijk kenmerk.

* Penny's, en dan met name Penny-meisjes, beschikken vaak over een enorme voorraad verzorgpaarden, -pony's, -veulens en -shetlanders. Als er gevraagd wordt om een foto van deze dieren en er verschijnt een plaatje van een onwaarschijnlijk mooie zwarte Arabische hengst steigerend met op de achtergrond een ondergaande zon, stel dan een onderzoek in naar de herkomst van de foto. De kans is groot dat u deze ergens op internet terugvindt.

* De Penny maakt in berichten overmatig gebruik van smileys om het gebrek aan leestekens en hoofdletters te compenseren.

Do's en don'ts.

Langs EO's Jong zappen en dan bij de tatoeage van het nichtje van de dertienjarige overleden Nina jezelf afvragen; 'Goh, hoe zou Lyka eruit zien als ze dertien is?', meteen gevolgd door: 'Zou het opvallen, één tatoeage met as erin tussen vijf met alleen inkt?' is niet aan te raden zo vlak voor het slapen gaan...

woensdag, november 12, 2008

Bijwerkingen.

Waarom kan ik Nanne toch niet duidelijk maken dat door je grote borsten uit je oude kleren scheuren niet iets is waar ik doorgaans blij mee ben...

(Waarmee maar weer eens bewezen wordt dat dus echt alle mannen lijden onder het bigger is better waandenkbeeld...)

Wondermiddelmama.

Inbakeren, kent u dat?

Om een lang verhaal kort te maken: mijn ventje is nogal onrustig, wil dan niet slapen, is dan te wakker om te slapen, wordt oververmoeid en slaapt helemaal niet. Door hem in te pakken in veel strakke doeken gaat hij beter slapen, wordt minder moe en is een blijere baby.

Tot zover het concept.

In de praktijk hield dat van ons (Zijnde de ouders. Lees: mij) in dat er op verzoek een fles in moet, op verzoek van hem wel te verstaan. De wereld draait om het schema wakker-eten-spelen-moe-slapen, waarbij moe en slapen nu nog helemaal niet hoeven in te houden dat meneer ook daadwerkelijk al weet dat hij moe is. Kleine baby's zijn maar een uur wakker, zeggen de websites en boeken overal. Maar, als hij er gelukkig van wordt dan doen wij alles, en voor een rustigere, blijere baby valt ook wat te zeggen.

Nu alleen nog even honderdtachtig minuten stoppen in dat uur dat hij wakker mag wezen.

(wat ook mag is dat u mij verteld hoe ik zijn inbakerdoeken gewassen en weer droog genoeg om in te bakeren krijg in de zestig minuten waarin hij ook nog gevoerd en geknuffeld moet worden)

maandag, november 10, 2008

Maar wél al twee weken gestopt!

Mijn tweede cadeau was een gebakje.

Daar had ik dan mooi nog even de tijd voor in de minuten dat ik na het douchen warm zat te worden in een woonkamer waar de verwarming nog uitstond omdat ik zo meteen toch alweer weg moest.

Waar had ik ook al weer het idee vandaan dat moorkoppen lékker waren...?

Koude kermis.

Tijdens Moreno's eerste wen-dag in het kinderdagverblijf zou ik mijn moederlijke angsthormonen opvangen door voor het eerst sinds van de zomer weer naar mijn paard te gaan. De eigenaresse vond alles goed, ik mocht zelfs kijken of ik nog wist hoe ik paardrijden kon en zo kon ik me mooi niet druk maken over mijn kleine vent en of het allemaal wel goed ging daaro met al die vreemde vrouwen.

...

Drupdrup.
Brrr.

Voortaan zoek ik windstille dagen met zonneschijn uit als ik naar mijn paardje ga.

Dat wennen overigens, daar was geen kunst aan. Meneer is daar stiller dan thuis. De vrouwen zijn goedgekeurd.

vrijdag, november 07, 2008

Terroristje.

In het kader van mijn hernieuwde stoppoging wilde ik het even met u hebben over benzinestations.

Waar anderen het tankstation beschouwen als een nuttige plek om hun vervoersmiddel van brandstof te voorzien, zo zie ik ze enkel als sigarettenleveranciers, te allen tijde (rotwoord overigens, dat met/zonder ennen) bereikbaar en geopend voor de naar nicotine smachtende medemens. (Dat, en als in eetdrang voorzienende ketens van snoep, koek en chocolade, maar dat geheel terzijde.)

Dit gezegd hebbende is het dus absoluut niet verwonderlijk als ik er vanavond, zo onderweg naar mijn wekelijkse zwemuurtje, eentje -geheel per ongeluk- opblaas. Toch?

Opnieuw.

Weet u nog? Ik was zwanger. En stopte toen met roken. Dat ging me fluitend af, wat geen wonder is als je van de geur van een sigaret aan de andere kant van je vereniging al zo misselijk wordt dat je wilt overgeven, lang leve hormonen. Maar toen de zwangerschapshormonen wat verminderden werd dat stoppen (gestopt blijven) ineens stukken lastiger.

Inmiddels heb ik, zoals u wellicht heeft gemerkt, een kindje uitgepoept. Maar het gevecht met de sigaret blijft. Niet geholpen, uiteraard, door mijn 'af en toe sigaret', mijn 'ik biets één heisje' en 'we hebben ruzie, ik heb stress peuk'. Ook aan één keer in de week kan men verslaafd zijn. Omdat ik daar wel eens vanaf wilde wezen heb ik onlangs het Ty's Anti Rook Plan in het leven geroepen. Dat werkt kinderlijk eenvoudig, met een kalender.

Ik maak op de computer een mooie kalender met de dagen van de week erop, en elke dag dat ik niet rook zet ik daar een mooie duidelijke krul doorheen. Omdat enkel maar zién dat je niet rookt natuurlijk niet echt genoeg is om de drang te stoppen geef ik mezelf cadeautjes voor elke week dat ik het gestopt zijn volhoud. Ik heb zelfs sponsoring gevonden, in de vorm van mijn schoonmoeder, -het is wonderbaarlijk wat je gedaan krijgt als je 'kleinkind-in-schoon-huis-grootgroeien' laat vallen- die mij helpt om de wat grotere uitdagingen te overwinnen door er een bioscoop tegenover te zetten. Heerlijk kinderlijk, heerlijk cognitief en gedragstherapeutisch. Dat moet wel gaan lukken zo.

Ik ben al anderhalve week Geheel Gestopt.
Mijn eerste cadeau was een hele nacht slapen, wat al meteen de mist in ging omdat Nanne 's nachts niet lekker werd. De echte vuurdoop komt volgend weekend pas, als ik ga roleplayen, met al die anderen die nog wel roken. Buiten, dat dan weer wel, maar dat maakt voor mijn drang geen verschil. Maandag mag ik gebakjes halen. Maandag mag ik gebakjes halen. Maandag mag ik gebakjes halen. Maandag mag ik...

(Als ik nu maar doe alsof een mantra hebben helpt, dan helpt het vast vanzelf wel)

woensdag, november 05, 2008

Foetsie-bah.

Goed idee van mij, om stoofvlees te maken. Nanne vanavond toch niet thuis, meer voor mij.
Goed idee ook, om dat vroeg klaar te maken, heb om drie uur een afspraak dus had nu tijd.

Ik had de pollepel in de pan gelaten. Die stond nu open, maar ik ging toch alleen maar heel even een kort logje pennen...

Iemand voor versteend rundvlees?

Babies 101.

Moreno is een wolk van een vent.
Al ruim een kilo aangekomen, wat heel netjes schijnt te zijn voor pasgeboren baby's, vier centimeter gegroeid en vooral erg druk met dat wat alle baby's doen; huilen, drinken, slapen, jezelf en je ouders onderspugen/plassen/poepen en diezelfde ouders week maken door ze veel en lang aan te staren met diepblauwe ogen.

Nanne ging na vier dagen weer aan het werk, en ik had acht weken zwangerschapsverlof genomen van vrijwilligerswerk en vereniging. Na een week wilde ik al weer aan het werk.

's Ochtends zeven uur gaat de wekker. Moreno is dan nog niet wakker, maar dat komt snel genoeg als hij ons van de trap hoort strompelen. Nanne denkt de tafel terwijl ik mijn ventje de fles geef. Mijn ventje gaat in de box terwijl wij eten. Mijn ventje is ongelukkig in de box terwijl wij eten. Wij leren zowel tegen huilende baby's te kunnen als brood te snijden met één hand.

Nanne gaat naar zijn werk. Ik leg onze man in de box en ruim de tafel af terwijl ik doe alsof ik niet hoor hoe graag hij eruit wil. Koppigheid is aangeboren, ik weet het zeker. Ik knuffel hem een half uurtje terwijl ik het Goedemorgen Nederland kijk. Dan moeten we ons klaar gaan maken om boodschappen te gaan doen. Ik rijd de scootmobiel uit zijn schuurtje en haak de fietskar erachter. Duikel een draagzak en een dekenzak op uit een la en steek mijn zoon in zijn jas en muts -hij zou het eens koud mogen krijgen- voor ik hem naar buiten draag. Eenmaal daar blijkt er een kat in de fietskar te zijn gaan liggen, die ik er eerst uit moet wurmen voordat mijn wurm erin kan. Na een half uur zijn we eindelijk onderweg naar de Aldi, alwaar alles in omgekeerde volgorde herhaald wordt (fietskar afkoppelen, kind uit kar, kind in draagzak, draagzak om, nee wacht, eerst jas uit dan draagzak om, fietskar vergeten op slot te zetten, -je wilt niet dat tweehonderd euro en je enige manier om met je vent boodschappen te doen worden gejat- , Aldi in) en we langer bezig zijn met heen en weer rijden dan met de daadwerkelijke boodschappen. Maar hey, ik wilde kinderen. Daarbij zat ik in de Wajong en heb ik de hele dag toch niet te doen. Toch?

Na het thuiskomen ga ik opnieuw de fles maken. Moreno ligt veilig in de box en laat duidelijk merken dat het wacht-gen niet iets is waar hij mee is geboren. Ik denk dat ie op mij lijkt. Ik geef de fles, waar hij nu eigenlijk helemaal geen zin meer in heeft. Halverwege valt hij in slaap, waarna ik denk even zelf iets te gaan eten. Zodra ik in de keuken sta en thee inschenk wordt hij wakker. Ik smeer in sneltreinvaart boterhammen en ga achter de computer eten, naast de box, zodat ik elke anderhalve hap over zijn buikje kan aaien.
Als hij dan eindelijk slaapt, dan ga ik, zoals zoveel andere moeders, niet zelf rustig op de bank zitten, -God weet dat ik het verdien- nee, dan ga ik flesjes uitkoken, de was ophangen en bedrijven bellen, zolang houdt hij dat slapen vast niet vol.

Als hij na een uur wakker wordt wil hij opnieuw een fles, wat niet mag want er is nog geen twee uur om. Had hij die andere maar leeg moeten drinken. Meneer begrijpt daar duidelijk niets van en wenst gewiegd en geknuffeld en geschommeld te worden om het tot drie uur uit te houden. Ik vouw de was op met hem op schoot, en bel met papa Nanne terwijl hij tegen me aan hangt. Precies dat is het moment dat meneer uitkiest om alle melk van twaalf uur er weer uit te gooien. Ach, het was nu toch bijna half drie, dus nadat ik hem naar boven heb gesjouwd, schone kleren heb aangedaan, zijn luier en het aankleedkussen heb verschoond omdat daar nog niet op geplast was vandaag en de fles ditmaal heb opgewarmd met hem in mijn armen is het wel ongeveer drie uur en mag hij hem ook hebben.

De middag is min of meer een herhaling van de ochtend en tegen de tijd dat het avond wordt ben ik moe. Moreno daarentegen helemaal niet. Want om vijf uur begint zijn huiluurtje. Alle baby's hebben dat, zo heb ik mij laten vertellen. Soms is het een uur, maar ongeveer drie kan ook wel. Heeft iets met het verwerken van de indrukken van de dag van doen. En is bij ons tussen vijf en acht. Precies wanneer wij willen gaan eten. Omdat ik weiger te koken met een kind op de arm ligt meneer dus in de box, luidkeels te vertellen dat de dag niet ging zoals hij het wenste terwijl ik heen en weer loop tussen pannen en woonkamer om te kijken of hij zich misschien beter gaat voelen als ik hem zijn speentje geef. Tegen de tijd dat Nanne thuiskomt is het eten gaar en Tylani ook. We schuiven wat voedsel naar binnen en negeren het gehuil, heel pedagogisch verantwoord volgens de consultatiebureauwijkverpleegkundigemevrouw, wat we tien minuten volhouden. Daarna nemen we hem opschoot en eten we met één hand verder.

Na het eten dobbelen we wie de fles en wie de afwas doet. Om een uur of acht zijn we eindelijk met alles klaar en zitten met zijn drieën op de bank voor het journaal met thee en koffie. Tijdens het journaal valt Moreno op Nanne's borst in slaap, en wordt redelijk probleemloos slapend verplaatst naar de box waar hij gewoon verder slaapt. Ik knuffel een kwartiertje met mijn verloofde alvorens ik of hij om negen uur naar bed gaat. De ander blijft tot twaalf uur op, omdat dan de laatste fles gegeven wordt. Met een beetje geluk maft meneer dan gewoon verder, en als we pech hebben dat wil hij eerst nog een half uur geknuffeld op de een of andere buik of schouder voordat we heb snurkend in bed kunnen leggen. Om vier uur gaat de babyfoon af, die wordt beantwoord door degene die om negen uur naar bed is gegaan. Als alles gaat zoals gepland krijgen we zo beiden om en nabij de zes uur slaap voordat om zeven uur de wekker weer gaat.

Als ik zo het bovenstaande terug lees vraag ik me af waarom iemand ooit kinderen neemt. Je hebt nergens meer tijd voor, moet je tijd samen voortaan in drievoud aanvragen en overleggen met de agenda van schoonmoeders, alles duurt drie keer zo lang en ze kosten nog een hoop geld ook. En dan heb ik het nog niet eens gehad over het gedoe om ze op de wereld te krijgen.

Wat een manipulatieve monsters zijn het ook eigenlijk, die kinderen. Eén blik met die grote blauwe kijkers, en we zijn het allemaal vergeten...

zaterdag, november 01, 2008

Resumerend.

Zo terugkijkend op bijna zes weken Moreno kom ik vooral achter één ding.

Dat bloggen, dat schiet er wat bij in.
Net als het e-mailen, het schrijven, bellen en afspreken.
Als het iets met letters is dan loop ik erin achter, is het iets met elektronica dan ben ik zo ver terug dat het bijgeraken me al tegenstaat.

Nog twee weken zwangerschapsverlof.
Ben benieuwd of ik daarna wél werk gedaan krijg...

vrijdag, oktober 03, 2008

Een week oud.

De balans opmakend vermoed ik dat ik misschien toch iets te hard van stapel wilde lopen.

Maar zo'n raar idee is het toch niet, dat ik van mijn lijf eis dat het na een week al weer kan rennen, traplopen, thee zetten zonder te rusten, katten voeren zonder te duizelen, met zes uur slaap per nacht toekan en tussendoor alvast kan gaan beginnen met werken na vier maanden dikke buik, bekkenklachten en een bevalling...?

Ik denk dat ik toch nog maar wat weekjes op non-actief blijf.

donderdag, september 25, 2008

Geboren!

Moreno Deneo Niki.

Mama's snelle tijger, papa's kleine vent.

Nix geen ruggeprik, gewoon jezelf in twee uur naar buiten wurmen.

Nu al eigenwijs.
Dat er geen misverstand over bestaan kan dat het een kind van ons is.

zaterdag, juli 19, 2008

Gevorderde gezinsplanning.

Ik ben dertig weken zwanger.

Behalve dat de kamer van ons wurm nu bijna af is houdt dat verder in dat ik:

Uit al mijn kleren ben gegroeid.
Niet meer van de trap af kan zonder mijn enorme borsten te ondersteunen.
Überhaupt niet meer zo goed van de trap af kan.
Een bijzonder kleine blaas heb, zodat ik elke twee uur naar de wc moet.
Die wc beneden is.
Niet meer werk.
Op de bank hang, waar ik behoorlijk chagrijnig van word.
Wat ik dan spui tegen Nanne.
Dat ik sowieso veel spui tegen Nanne.
Die dat dan maar moet slikken (Hij heeft tenslotte geen wurm in zijn buik).
Mijn bekken instabiel blijkt te zijn.
Waar je donders veel rugpijn van krijgt.
Waardoor ik nog minder doe.
En nog vaker naar de wc moet.

Het houdt ook in dat je mijn buik kunt zien bewegen als mijn zoon-in-wording zijn benen strekt. Dat mijn navel eruit plopt, wat ons nieuwe jonge katje waanzinnig vindt om aan te likken. Dat we heel burgerlijk muziekjes spelen bij die dikke buik. En al een kast vol hele kleine kleertjes hebben, waar ik dan af en toe 's avonds even naast sta, om alvast te proeven hoe het straks wordt.

Al met al valt het als volgt samen te vatten: Ik ben afwezig tot ons wurm het belieft eruit te komen.
Als ik zin heb, en tijd, en zin en energie dan kan ik, misschien, als het lukt, eventueel een logje pennen. Maar waarschijnlijk lig ik liever op de bank met een boek of ons nieuwste Wii spel.

En ik voel me voor de verandering niet eens schuldig.
Ik heb vakantie.
Nog zeker negen weken lang.

zaterdag, juni 21, 2008

Zon op zaterdag.

Wij hebben tuin.
Tuin met pas ingezaaid gras wat voor het eerste gemaaid en mooie ligusterhagen die voor het eerst gesnoeid moesten worden.

Nanne maaide het gras en ik zou proberen wat lage heg te snoeien naast de voordeur.
Elektrisch, dat wel natuurlijk.

Na tien minuten wenste mijn linkerarm niet meer boven heuphoogte te worden opgetilt. Een heggeschaar is blijkbaar best een zwaar ding. In ruil voor mijn gebrek aan medewerkung zou ik wat googlen op het verwijderen van braamstruiken. Er zat er ergens een onder het gras, en nog ergens een, of misschien wel dezelfde, liet zijn gezicht zien bij de boom en in ons nog aan te leggen bloemperkje. Er is vast iets nuttigs over, zo dachten wij, net als met het bestrijden van mieren. Iets met kokend water en spiritus of azijn ofzoiets.

...

Een braam blijkt een onuitroeibare plant.
Behalve een website van een bekend telefoonmerk kreeg ik op 'How to kill a blackberry' ruim vijfhonderdduizend hits. Waarvan de meeste iets zeggen in de trant van 'set it on fire of vergeet het maar'. De braam schijnt de meest onkruidachtige plant onder de niet onkruiden te zijn. Zelfs zevenblad -ook al zoiets naars wat teruggroeit als men ook maar een flinter wortel laat zitten- schijnt makkelijker te verwijderen te zijn. Dat groeit tenminste bij voorkeur bovengronds, zodat je kan zien wat je weg moet halen.

Terwijl Nanne mijn persoonlijke zwetende CocaCola Light model speelt met een gereedschapsgordel en een heggeschaar vraag ik me af hoe snel het gras weer terug zou groeien als we kopersulfaat of bleek zouden gebruiken op het ding. Maar ik ben toch bang dat we overblijven met de optie die de eerste tachtig fora me meldden:
Dig it out, dig it out, dig it out.
If you can't dig it out, learn to live with it.

vrijdag, juni 13, 2008

Avondje niets.

Duckjes lezen zei ik hè.

Voorlopig zit ze in vol oranje ornaat (*) met een bak popcorn op de bank Nanne om uitleg over het verschil tussen penalty's en vrij trappen te vragen...

(*) Dat is in dit geval: Nanne in oranje shirt, Lyka in orange shirt, met sjaal, oranje speldjes over een oranje elastiekje in het haar, oranje met rood en blauw-witte gezichtskleuren en oranje sokken.

Ze zijn ergens toch wel schattig hoor, zoals ze met z'n tweeën 'we gaan naar Wenen toe' meeneuriën...

woensdag, juni 11, 2008

Wijsje,

U kent het begrip muziekspeeltje?
In tegenstelling tot het muziekdoosje, wat men meestal opwindt dan wel opendoet, heeft een muziekspeeltje een touwtje met een ring. Vaak hangt erboven een knuffel waar het daadwerkelijke muziekmakende onderdeel in veborgen is, zodat kleine kinderen het nog leuker vinden. Hoe dan ook komt er uit beiden muziekmakers ongeveer hetzelfde geluid; een hoog, pieperig wijsje, wat eigenlijk alleen aangenaam is voor hele kleine kinderen en ouders zo snel mogelijk weer uit de kinderkamer verbannen.

Wij kochten en Woezel en Pip muziekspeeltje.
Woezel en Pip zijn de geestelijke kinders (nu ja, hondjes) van Guusje Nederhorst, de in tweeduizendvier overleden vrouw van de zanger van Kane en 'ons aller' Roos uit Goede Tijden Slechte Tijden. Goede vriendin A. gaf ons bij twee dagen zwangerschap een blauwige knuffel cadeau, waarvan wij geen idee hadden of het om Woezel ging of Pip. Maar het idee sloeg wel aan, het waren schattige knuffels, na wat zoek en emailwerk kwamen wij erachter dat de gele Pip heet en de blauwe Woezel en zo kwamen wij aan ons muziekspeeltje. Waar inderdaad, hoge, pieperige tonen uitkomen die eigenlijk alleen voor baby's interessant horen te zijn.

...

En zo zat ik op de bank, met de knuffel op schoot, met tranen in mijn ogen te luisteren naar het tot vier keer toe voorbijkomende wijsje.

Zwangeren zijn raar.

dinsdag, juni 10, 2008

Moeders wil is wetweg.

Vrijdag is de volgende wedstrijd.
Vrijdag is Lyka hier.
En ben ik dus outnumbered waar het het gebruik van de grote TV aangaat.

Ik zie nu al voor me hoe dat gaat.

Nanne: Lyka, kijk je mee naar voetbal vanavond?

Lyka: Hmm... Misschien... Hoe laat is dat?

Nanne: Van negen tot elf.

Lyka: Tot elf?! Tuurlijk kijk ik mee!


...

Wedden dat ze om half tien Duckjes gaat lezen...

Vrouwenlogica.

Voor degenen onder u die het misschien ontgaan is omdat u in een grot of buiten den lande woont: Er is een Europees Kampioenschap Voetbal aan de gang.

In de praktijk houdt dat in dat men niet meer naar het nieuws kan luisteren of journaal kan kijken zonder dat er zwetende mannen in korte broeken en gewassen mannen met stropdassen voorbij komen die dat wat eerdergenoemden speelden afkraken danwel goedkeuren. Dat men bij het boodschappen doen met de scootmobiel een het looppad versperrende toren van oranje vlaggen omver rijdt en bij elk tweede pak yoghurt gratis een Wuppie! mee naar huis krijgt. En dat de buren, die elkaar de rest van de andelhalf jaar tussen Ek en WK niet kunnen luchten of zien, nu eensgezind de straat omtoveren tot een waar paleis van saamhorigheids gevoel en vaderlandsliefde.

En dat is leuk.
Tenminste, als je van voetbal houdt.

Ik hou juist helemaal niet van voetbal.
Ja, van voetbal spelen, op de basisschool, of het balgedrag van mijn dochter bekijken, die op het schoolplein voetbalt. Niet de hysteria die wij hier aan het balspelletje toeschrijven. Massaal voor Studio Sport hangen om te kijken naar mannen die per uur zo veel betaald krijgen dat we er een heel continent van kunnen voeden. Om dan vervolgens met zijn allen te doen alsof we het beter kunnen en elke pas en trap analyseren op correctheid. Wat er in de praktijk op neerkomt dat we met veel bier voor een beeldscherm hangen en te pas en te onpas opmerkingen naar het scherm schreeuwen.
Nee, voetbal is zeer zeker niet mijn ding.

Nanne houdt wel van voetbal.
Onder normale omstandigheden is hij een man die zelden welke sport dan ook kijkt op televisie en al zeker geen opmerkingen naar het scherm schreeuwt, maar in het kader van 'Oranje' maakte hij graag een uitzondering. Eigenlijk had ik hem naar boven willen verbannen, onder het motto van: daar is ook een tv, jij wilt voetbal, en meer van dat soort zwangere vrouwen logica, maar toen hij eenmaal met zijn laptop -er moet ook tijdens voetbal gewerkt worden- onder de arm bij de trap stond en ik eenzaam achter de computer dreigde achter te blijven streek ik met mijn hand over mijn hart. Kijk maar beneden dan. En als een kind zo blij hobbelde hij naar de breedbeeld.

Ik kan me slecht afsluiten.
Niet dat ik, als ik dat wel had gekund, had kunnen vermijden dat ik vandaag via mijn altijd aan zijnde radioverbinding met Hilversum of het locale roddelcircuit -ons buurjongetje- te weten zou zijn gekomen dat het drie-nul voor ons werd, maar dat terzijde.
Nanne is stiekem best schattig zo met dat voetbal.
Hij heeft de Teigertje uit de gang meegenomen om iets oranje in de auto te hebben.
En vroeg me, heel voorzichtig, of ik het erge geldverspilling zou vinden als hij toch iets 'echt' oranjes zou gaan kopen om aan de wereld te laten zien dat hij met zijn hoofd in Zwitserland zit.

Iets zegt me dat ik hem gewoon beneden ga laten zitten tot het allemaal voorbij is.

maandag, juni 09, 2008

Gevecht zonder toeschouwers.

Gister hadden wij vrienden op bezoek.
Bijkletsen enzo, over het huis, de wurm en kinderkamer, werk, vrienden.

Is Nanne eigenlijk nog steeds gestopt met roken?

Ja.

Goh. Knap hoor. Nog steeds gestopt..

Waarom vraagt niemand de zwangere vrouw hoe het staat met haar stoppoging?
Waarom vraagt niemand haar of het moeilijk is, of ze het nog vol kan houden?
Waarom complimenteerd niemand haar ermee dat ze al zo lang vecht tegen de sigaret?

Wat is dat toch voor iets, dat ik, omdat ik zwanger ben, geen moeite zou hebben met stoppen? Dat de sigaret niet lonkt, niet roept en schreeuwt? Dat ik, omdat 'het nu eenmaal slecht is', als vanzelf zestien jaar gewoonte de deur uit zet? Alsof het niets is?

Ik vecht elke dag.
Soms met succes, soms niet.
Ik rook gemiddeld een sigaret in de week, omdat ik het even niet trek, omdat ik het allemaal niet meer weet of totaal de draad en kluts kwijt ben tussen alle hormonen en zwangerschapskwalen.
En elke dag weer ga ik het gevecht aan. Met rokende collega's, vrienden. Sigaretten op straat en in de supermarkt. Peuken bij het tankstation.

Het is bijzonder zwaar.
Natuurlijk niet geholpen door mijn slippertjes, mijn zwakheden, die ene gebietste sigaret.
Maar ik vecht.
Elke dag.
Niet zozeer voor mijn wurm, maar voor mijn naam. Mijn eer. Mijn eigenwaarde.
Ik moet.
En ik zal.
Ik weet niet hoe, maar ik zal.
Ik wil.

En damn, ik verdien er credit voor!

zondag, juni 08, 2008

Kwestie van perspectief.

Maylinn is een weekendje komen logeren.
Nanne moet studeren en ik had niets te doen zo met het mooie weer.

Wat is ze lief en super en gaaf en geweldig.
En wat heb ik spijt van mijn besluit haar naar schoonmama te brengen.
En wat mis ik haar verschrikkelijk.

Voor drie uur lang, dat is.
Tot het moment dat ze tien minuten oorverdovend jankt als ik denk handig te zijn en even de apotheek binnen loop die op de route ligt.

Zometeen gaat ze weer naar huis.

En wat mis ik haar verschrikkelijk...

dinsdag, mei 27, 2008

Ouderlijke verantwoordelijkheden.

Hoi Schoonmama.
Hé, dat etentje wat we eigenlijk zouden hebben de achtentwintigste, kan dat verzet? Naar de twaalfde ofzo?

- Nee, niet naar de twaalfde. Want dan vieren we N. zijn verjaardag.

Oja. Verjaardag. Dat was ik vergeten.
Erm.. *bladerblader ritselritsel* Even kijken hoor, daarna is het vakantie. Daarvoor? Nee, want jullie konden de veertiende niet. Erna dan?
Wacht, als jullie terug zijn van vakantie, woensdag de zevenentwinigste, of donderdag de achtertwintigste, dan heeft Lyka nog vrij, kunnen jullie dan?


We proberen een datum te plannen voor onze housewarming.
U weet wel, om alle mensen die ons hielpen ons huis te maken tot wat het is te bedanken door ze zelf hun eigen drank en eten mee te laten nemen naar de barbeque in onze tuin, waarin we dan hopelijk kunnen lopen omdat het gras lang genoeg is.
Alleen moet daarvoor wat geschoven worden met een etentje wat eigenlijk ook ergens rond die tijd diende plaats te vinden, dit om schoonpapa te bedanken voor ons mooie terras door van het bij schoonmama verdiende oppasgeld het restaurant te betalen.

Ik voel me een beetje zo'n door cabaretiers zo minachtend toegesproken gescheiden tweeverdiender yup die met de agenda op schoot zegt: Ik heb in tweeduizendnegen nog wel een gáátje. En vraag me af waarom Lyka toch in hemelsnaam zegt graag volwassen te willen zijn...

dinsdag, mei 20, 2008

Tijd vliegt.

Het boekje begon er met een week of achttien al over.
"Zeker bij een tweede kind zal je de bewegingen nu al kunnen voelen. Als een soort vlinders in de buik"
Ik maakte me nog niet echt zorgen, misschien was ik te dik, of was Lyka te lang geleden en wist ik niet meer hoe het voelde.
Nanne vertelde dat een zwangere collega 'die van haar' al met veertien weken voelde bewegen. Veertien weken! Nu werd ik toch wel wat jaloers. Het was nog haar eerste kind ook.

Bij de echo met twintig weken was ik blij en opgelucht dat onze wurm er nog zat en alles het nog deed. De verloskundige kwam meteen met een verklaring: de placenta lag aan de voorkant. Ons mormeltje moest dus twee keer zo hard trappen voor dat ik het zou voelen als een ander. En omdat we geen kickboksertje verwachten waren wij weer gerustgesteld.
Ondertussen begon het lezen van het zwangerschaps 'je baby's groei van week tot week' boekje toch ietwat vervelend te worden. Waar het eerst nog meldde dat je je kind misschien kon voelen bewegen reptte het nu enkel over de plaats en frequentie van het trappen en draaien. En ik voelde nog niets!

Maar vorige week dacht ik toch ineens iets te voelen, daar vanbinnen.
Tegen de tijd dat ik erbij stil stond om erop te gaan letten was het natuurlijk alweer opgehouden. Toch was het duidelijk meer dan wat darmgerommel. Al was het maar omdat de momenten dat er 'iets' was toch wel steeds vaker begonnen voor te komen. Wel, om de een of andere rare reden, het vaakst als ik dubbelgevouwen op de bank zat om bij mijn glas thee te kunnen en zelden als ik op mijn rug in bed lag om eens rustig over mijn buik te aaien. Alsof onze wurm ons nu al duidelijk wil maken dat eigenwijsheid in de genen zit. Of misschien verbinden wij dat er alleen maar aan omdat een mens nu eenmaal graag verbanden zoekt. En is een dubbelgevouwen moeder voor een beetje baby wel een heel normaal moment om te denken: nu ga ik mijn beenspieren testen!

Vandaag bleek hij misschien toch een beetje kickbokser. En trapte zo hard tegen iets aan (wat zit er eigenlijk allemaal daarbinnen? En waar blijven je darmen eigenlijk als dat kind daar zit?) dat ik het aan de buitenkant kon voelen. Toch een beetje meelevend dus, dat kindje, om toch een keer te trappen terwijl mijn handen zich op de buik bevinden. Ik zat nog wel dubbelgevouwen, dit keer niet om thee maar om de afstandsbediening. dus hoe ik het regel dat Nanne dat ook voelt is me nog een raadsel.

Het vreemde van dit alles is dat het eigenlijk zorgen zou moeten wegnemen, dat trappelen. Want nu voel ik -dat mag ik aannemen- elke dag dat hij er nog zit.
Maar nee, mijn geest beschouwd dat anders. Als ik hem een tijdje niet voel ga ik me zorgen maken...
Het begrip 'tijdje' is in deze overigens heel fijn rekbaar van meerdere uren indien er drukke arbeid is tot vijftien minuten als ik rustig op de bank een poging doe te ontdekken waar mijn wurm zich ophoudt.

Dat het wel even duidelijk is dat de geest van een zwangere in elk stadium verassingen voor haar in petto heeft...

Overigens: wat die echo ons ook vertelde is dat het een manneke gaat worden. Nu ja, met vijfennegentig procent accuratesse. Dus nog even geen blauwe boxpakjes en babykamer met autotjes behang. Maar stiekem wel denken over die twee mannen namen die we nog over hebben, Nanne alvast laten wennen aan het begrip 'zijn zoon' -het is alom bekend dat kinderen in tijden van huilerige vervelendheid plotsklaps maar van één ouder zijn-, en me alvast psychisch voorbereiden op een groot hoofd... *

* Schoonmama wist haarfijn te vertellen hoe Nanne en zijn broertje allebei met buitensporig grote koppen op de wereld kwamen, terwijl zusje heel mooi en makkelijk 'ploep' eruit kwam floepen.

donderdag, mei 15, 2008

Terugblik.

We waren pas net wakker.
Ze was door de open voordeur naar buiten gewandeld terwijl ik iets met kabeltjes en vuilnisbak deed.
Niet dat dat raar was, want we hadden een luikje, dus dat wandelen deed ze vrij vaak.

Een half uurtje later werden we gebeld door een brandweerman.
Hij had haar van de weg gehaald, ze lag daar zo alleen.
Suzy was de enige van de drie die nog een kokertje had. Of liever, van wie het kokertje nog een papiertje met onze namen bevatte. De grote en de kleine man waren die al in de eerste weken buiten spelen kwijtgeraakt. Nu waren ze gechipt, dat wel. Maar daar stond geen nummer op wat voorbijrijdende brandweermannen konden lezen.

Zelden rende ik zo snel om ons blok heen.
Maar wat ik eigenlijk al wist bleek maar al te waar.
Ons Suzy was van ons heengegaan.
Brutaal over het hoofd gereden door een automobilist met haast, want de brandweerbeller had haar enkel opgetild. Fijn voor haar waarschijnlijk, want echt geleden heeft ze waarschijnlijk niet, een katte hoofdje versus auto banden is een uitgemaakte zaak. We namen haar mee naar huis en ik moest werken.
Terwijl ik op de vereniging het klushok plunderde om een kruisje te timmeren belde ik Lyka, die snikkend in Papa P. zijn armen kroop. Moeders aan de telefoon zijn precies wat ze zijn, aan de telefoon. Papa's naast je zijn dan stukken beter.

Suzy werd begraven in onze net ingezaaide tuin.
Ze heeft een mooi grafje in dat wat het bloemen perkje gaat worden. Of de moestuin.
Hoe normaal het was om haar mee naar huis te nemen, op te stillen, in te wikkelen, zo raar was het nu om haar te begraven, zoveel uren na haar dood.
In mijn vorige-vorige huis was ze aan komen lopen. Oorspronkelijk van een van de buren geweest had ik er ineens een kat bij. Toen van de twee die ik er toen had er eentje overleed en de ander wegliep en niets meer van zich liet horen had ik enkel Suzy nog over. Maar echt close werden we niet. Waar ik mijn andere mormels had vanaf de geboorte had ik bij haar niet eens een idee hoe oud ze was. Ze was ongrijpbaar, soms aanhankelijk, soms juist helemaal niet.

Nu ze er niet meer is zie ik pas hoe dat veranderd was.
Ze liep mee naar de auto. Als enige nog met een kokertje en bel aan de halsband was er dan een tinkel-tinkel achter je aan. Soms zat ze er nog (weer?) als je terugkwam. En dan tinkel-tinkelde ze weer mee naar huis.
Ze kwam je begroeten op de wc. Daar waar ik elke ochtend als eerste heen ga en waar bovendien maar één kat tegelijk in past was ze verzekerd van mijn aandacht.
We keken misschien wat over haar heen soms. Daar waar de grote man Thyrin en de kleine Rhesi duidelijk laten merken dat ze er zijn door eten te jatten en rondjes door het huis te rennen was Suzy meer het meubilair. Een grijs kussen op de stoel. Een harig propje naast je op de bank.

We zijn nu tien dagen verder sinds haar dood.
Bijna voel ik me bezwaard om het te zeggen maar, het went.
Na een week verwacht je geen belletjes meer mee naar de auto.
Het gemis op de wc wordt opgevuld door Rhesi, waar ik elke ochtend bijna opsta omdat hij vanaf vijf uur pontificaal voor de slaapkamer deur gaat liggen.
Maar ze verdient het om gemist te worden.
En een logje te krijgen.
Herinnerd te worden.

Suzy, mijn kleine grijze muisje.

Afscheid.

Vanmorgen was het definitief zover.
Na een paar weken aarzelen en wikken en wegen, proberen en twijfelen is het daadwerkelijk met hem gedaan.

Mijn allerlaatste broek is op een stapel richting de berging verdwenen.
Ik ben eenentwintig weken en dik.
Nu hoor ik dik te worden, dat weet ik ook wel, dat heb je asl je zwanger bent.
Broeken horen strakker te gaan zitten en een blubberbuik die door de jurkje heen puilt is heel normaal. Zelfs die tien kilo die ik erbij heb gekregen sinds het begin is redelijk volgens schema.

Mijn eetgestoorde ik vind het verschrikkelijk.
Tién kilo! Zo zwaar was ik nog niet in de tijd dat ik ik elke dag de supermarkt op de hoek leegat. Ik draag expres jurkjes en topjes waarin mijn buik goed te zien is. Dat er geen misverstand over bestaat dat er iets anders inzit dan alleen maar eten.
Mijn nuchtere ik heeft er geen mening over.
Die vraagt zich vooral af hoe ik in de tijd van Lyka dan toch zo lang bleef lopen in al mijn kleren terwijl ik toen met veel meer kilo's zeulde. Waarschijnlijk had dat iets van doen met gulpen open en oversized t-shirts.

Meestal hang ik als geheel ergens in het midden.
Zo tussen 'positiekleren zijn stom en duur' en 'als ik nu toch in de stad ben kan ik mooi bij de H&M kijken of ze nog wat leuks hebben'.
Maar de laaste broek die nog paste, dat moest toch even vermeld.
Die mijlpaal mocht niet onbesproken voorbij gaan.

Ontzettend raar eigenlijk, nu ik erover nadenk.
Want hoe vaak heb ik, als fulltime gothic rokkenmeisje, nu eenmaal broeken aan?...

Nattigheid.

Ja, ik vind ook dat het lekker ruikt na een regenbui.
Maar moet je nu per sé met je ja natte pootjes weer naar binnen komen? En over mijn mooie schone bureau lopen?

Thyrin kijkt me even aan terwijl hij zijn oren wast.

Vrouwen..., zie je hem denken, het is ook nooit goed..

Blub.

Het regent, het regent,
onze pas-ingezaaide-nog-maar-net-opgekomen-grasjes worden nat.

Parasols, hoe goed zouden die tegen zomerse onweersbuitjes kunnen?

Ben duidelijk nog niet geheel gewend aan het begrip 'tuin'...

donderdag, mei 08, 2008

Bevrijdingsdag.

Overreden.
Overleden.

Mijn lieve grijze poes Suzy.

Uit onbestemde oorden was ze aan komen lopen, naar onbestemde oorden ging ze heen.

maandag, mei 05, 2008

Different shades of blackness.

Het is een zonnige maandagochtend in mei en ik zit op de trap voor vereniging als bestuurslid J. komt aanlopen in een kleurig zomers rokje.

"Wat zie je er heerlijk zomers uit, J.", complimenteer ik haar kledingkeuze.
"Dank je, jij ook.", reageert zij.

Ik kijk naar mezelf.
Zwarte hoge schoenen, zwarte panty.
Zwart haar, zwarte make-up, zwart met zilveren juwelen.
Zwart jurkje, kort en zwierig, dat wel.

"In het gebruikelijke zwart." zegt J. er even later achteraan.

Kijk, zij snapt het tenminste.
Ook in zwart zit zomer.
Je moet er alleen even naar zoeken.

vrijdag, april 18, 2008

Gevoelskwestie.

De woorden Oostenrijk of Zwitserland.
Plaatjes van sneeuw of wintersport.
Telefoontjes van zijn baas.
De lease auto.

Dat mijn geest in staat is om van alles en niets verbindingen te maken naar dat waar ik niet aan wil denken, dat wist ik al. Dat dat wat extremer en langer plaatsvind dan bij de gemiddelde mens, dat wist ik ook. Maar ik vind echt dat mijn Nanne-is-skiën-ik-voel-me-rot periode nu wel op mag houden, bijvoorbeeld omdat hij al weer twee weken thuis is. Of omdat we allebei griep hebben, al ruim een week.

Ik weet dat ik schromelijk overdrijf, dat mijn gevoel niet in verhouding staat tot wat er daadwerkelijk gebeurt, maar kan het gevoel niet uitschakelen. Het is een oud borderline-trekje dat mijn zwangerschap heeft afgestoft en uit de kast heeft gehaald. Samen met nog wat anderen, zo bemerk ik tot mijn spijt, zoals verlatingsangst en stemmingswisselingen.
Ik knuffel Nanne en overstelp hem met excuses voor dit voor mij zo extreme gedrag. HIj is het niet gewend. Hell, ik ben het niet meer gewend. Ik ben dit lang geleden al ontgroeid. We gooien het op hormonen en kijken uit naar de dag dat ik beval van een gezonde wurm en dat we lachend terugkijken op Ty's 'buien' tijdens de zwangerschap.

Ondertussen probeer ik te doen alsof alle berichten over Zwitserland en Oostenrijk me niet doen denken aan gruwelijke eenzaamheid.
Iets zegt me dat het vermijden van een Europees Kampioenschap Voetbal nog niet zo makkelijk zal zijn...

donderdag, april 17, 2008

Nanne al een week griep.

En Tylani krijgt keelpijn.

Hoeveel vitaminepilen zou je mogen om een dreigende griep af te wenden...?

maandag, april 14, 2008

Even niet.

Het is allemaal even te veel.

Zouden hormonale huilbuien ook ophouden bij zestien weken?

vrijdag, april 11, 2008

Nog immer verslaafd.

Vergadering van de werkgroep.
In Deventer. -want de rest van de groep woont ver weg-

Deventer.
Anderhalf uur lang in een filerijke omgeving terwijl ik in mijn leenauto -want Mare is, hoe verwonderlijk, alweer kapot- me erger aan de muziek van de radio omdat hij geen cd speler heeft en langs honderdduizend tankstations kom.

Waar is dat verbod op rookwaar bij benzinestations als je het nodig hebt...

donderdag, april 10, 2008

Langspeelplaat.

Onze Mare was gerepareerd.
Wij waren wezen kletsen bij de garage. Over vaak stuk en naar en onbetrouwbaar enzo. Maar dat we de mensen daar wel begrepen, ze deden hun best en snapten het ook niet.
Ze hadden ergens een relaistje tussen gezet en nu zou het moeten werken.
Ik haalde hem op en hij deed het.

Ik reed hem naar huis en alles wat prima.
Parkeerde hem, nam hem de volgende ochtend mee naar mijn werk en alles was goed.
Reed de stad uit onderweg naar de dokter en hij snorde.
Parkeerde naast de supermarkt voor cola en hij starte als een zonnetje.
Gleed over de brug naar Lyka's paardrijles en... stond stil.
De brug was open.
Ik zette de motor af -een beetje milieuvriendeljkheid in een grote Volvo- en starte hem weer toen de brug bijna dicht was.

...

En starte hem niet toen de brug bijna dicht was.
Ik stond op een tweebaansweg met verhoogde rijbaanscheiding stil met een rij van twintig auto's achter me.

Nadat ik enigszins geirriteerd met de garage had gebeld, en had geëist dat ze een sleepwagen zouden sturen, reed er wonder boven wonder en takelwagen van de politie langs, die me honderd meter verder en vooral, van de brug af sleepte.

Weet u wat me haast nog het meest dwarszit?
Niet eens dat Mare weer stuk is, dat het nu exit-Volvo is, dat ik Tyko zo mis, dat ik helemaal geen nieuwe auto wil -die nooit zo fijn kan zijn als deze, als hij rijdt-, dat de auto die ik misschien wel wil duizend euro boven ons budget ligt of dat ik telkens in die k*tauto zit als hij ermee ophoudt en niet Nanne,
nee, dat allemaal niet.

Dat niemand je helpt duwen, als je in je ubervrouwelijke corsettopje en lange rok op een brug pech staat te hebben, maar enkel boos zichzelf over de wegafscheiding heen wurmt.

Ik hoop dat er een paar hun uitlaat eraf hebben gereden.

dinsdag, april 08, 2008

Kattekwaad.

Behalve onze rode Thyrin en onze dondersteen Rhesi hebben we nog een derde kat.
De grijze poes heet Suzy, en is aankomen lopen in mijn vorige vorige huis.
Behalve dat ze poes is, en gesteriliseerd, weet ik niets van haar.
Voor zover ik het kan zien kan ze zowel vijf jaar zijn als vijftien.

Het is het soort kat die niet zo gek is op andere katten.
Liggen, slapen, eten en wat geaaid worden, dat is haar dagindeling.
Af en toe wat naar buiten en dan daar wat in de zon liggen.
Ze is bij lange na niet zo aanhankelijk als die anderen, die ik al sinds hun geboorte ken. Wel knuffelig, maar niet zeurderig, zodat ze soms wel eens vergeten wordt te midden van puberende katers en om aandacht vragende kittens. Ze ligt meestal gewoon lekker op de bank, of op een stoel en da's dan dat.

Dat ze een paar daagjes wat minder at, daar maakte ik me niet echt druk om.
Thyrin at ook wat minder, misschien heerste er wel een kattengriepje of vonden ze het te koud of te warm. Dat ze die paar daagjes wat meer lag te liggen dan normaal, ach, ook daar maakte ik me niet echt druk om. Wel met de gedachte in mijn achterhoofd dat, mocht het zo blijven, ik even langs de dierenarts zou gaan, maar echt zorgen maken, nee, dat niet.

Tot ze tegen me ging grommen toen ik haar oppakte. -lieverd, je ligt in de weg-
En niet meer wilde lopen toen ik haar neerzette.

Het is echt wonderbaarlijk hoe snel men een vervangende dierenarts in de nieuwe stad heeft gevonden als er echt nood aan de man is.
De arts was lief en constateerde dat ze was gebeten door een andere kat en dat daar een abces zat. En dat moest leeg.
Of ik even de poes in de houtgreep wilde nemen zodat hij een incisie kon maken om de pus eruit te laten lopen.
Wat heerlijk dat ik chronisch verkouden ben.

Een kwartiertje kliederen later mocht ze weer mee naar huis.
Met wat antibiotica en een koortsremmer.
Een nachtje later loopt ze weer en kwam me vanmorgen begroeten halverwege de trap. En at al haar eten op.

Zelden maakte ik me zo druk over mijn beestje.
Die overigens door de dierenarts op ongeveer zeven jaar is gezet, zodat ik me voorlopig geen zorgen hoef te maken over haar ouderdom.
Zelden wilde ik zo verschrikkelijk graag roken.

Vanmiddag is mijn wekelijkse bardienst.
In de vereniging waar nog geen rookverbod geldt.

Ik heb zó'n zin...

The day after.

Nanne is ziek.

Ik bel zijn baas en zij vraagt mij hoe het gaat.
En of ik het weekend goed doorgekomen ben.
Oja, zij was ook skiën.

Zou ik mensen kunnen leren hun mond te houden over dingen waar ik niet over na wil denken?

maandag, april 07, 2008

Jantje lacht, Jantje huilt?

Nanne's back.

Het is mijn geest nog onduidelijk wat ik daarvan moet vinden.

zaterdag, april 05, 2008

Opvoedvisie.

Onze minikater Rhesi (van dat intermezzo) leert onze oudere kater Thyrin kunstjes.
Het soort dat vooral bestaat uit hoe leer ik zo snel mogelijk af te luisteren als mijn baasjes niet willen dat ik daar-en-daar op spring omdat ik anders vieze modderpotene op de tafel zet/eten van het aanrecht jat/de vaas om ga gooien.
Zelfs de koekenpan op het gasstel is niet veilig voor hem, of het gas onder de pan ernaast nu aanstaat of niet, iets wat hem al menig snorhaar kostte.

Vanavond ben ik er echter achter gekomen waarom hij zo moeilijk opvoedbaar blijft.
Niet omdat ik er weinig anders aan doe dan hem boos eraf gooien als ik aankom (wat ervoor zorgt dat hij zodra ik een stap in de gang zit eraf springt waardoor je dus feitelijk nooit echt kunt straffen) en ook niet omdat ik te lui ben om de deur van de keuken dicht te doen zodat hij het gedrag kan afleren.

Ik ben zwanger en en zwangeren hebben rare voorkeuren.
En dus pakte ik na het journaal pannekoeken voor Lyka en mij. En die aten wij op met stroop. Stroop is een vervelend iets, net als jam, vooral als je, omdat je televisie aan het kijken was, het bord waaraan het kleeft een uurtje op de tafel (die naast de verwarming staande) laat staan.

...

Weet je wel hoe mooi schoon een bord met stroop wordt als je het even in een onbewaakt Rhesiterritorium (=het aanrecht) zet?
Dat kan zo zonder voorspoelen de vaatwasser in...

Zelfkwellingverwerking.

In het kader van mijn ik-negeer-Nanne-weekend had ik, behalve het hele weekend volplannen, nog meerder maatregelen genomen om het negeren te bewerkstellligen.
En, omdat we wegens auto en geldgebrek nu toch niet weggingen, kon ik die maatregelen mooi delen met Lyka, zodat zij zowel zou weten waar ze aan toe was, als wat ik niet wenste te horen.

Geen Nanne, geen ski's, geen Oostenrijk, geen Maylinn, geen schoonouders,
geen sneeuw, geen vakantie.
Er niet over praten, niet aan denken, niet over fantaseren of dromen.
Helemaal niet zo heel moeilijk dus.

Echter, in plaats van dit te delen gaf ik op vrijdagmiddag al antwoord op de vraag 'waar zou Nanne nu zijn?' die Lyka tijdens het tekenen stelde.
Luisterde ik tijdens het wandelen met Maylinn (we waren niet voor niets bij schoonmama aan het dineren) naar levendige verhalen over wat Nanne allemaal zei toen ze toen en toen over die en die weg liepen en dat en dat zagen.
Schilderde (knutselen is hét antwoord op geldloze dagen zonder invulling) in plaats van een nutteloos abstract zelfportret een stel besneeuwde bergen met skiliften erop.
Bleef nadat ik Lyka in bed stopte nog een heel uur op om in mijn dagboek te vertellen hoe naar en alleen ik me voelde.
En vond als overmaat van ramp Nanne's adres terug in een mail, wat ik prompt op internet opzocht, inclusief weerbericht, sneeuwhoogten en live webcam van de skipistes.

Ik herken het van vroeger, van liefdesverdriet.
Ik wilde het negeren, maar eindige vaak in een duistere woonkamer met mijn rug tegen de verwarming en de cd op repeat op dat ene nummer met de laptop op schoot om te vertellen hoe gruwelijk de pijn was. Mijn manier van verwerken schijnt het wentelen in mijn eigen pijn te zijn. Wat heel vreemd is, want als iemand niet bekend is met het verwerken van gevoel, dan zou ik dat moeten zijn. Negeren heb ik immers tot een kunst verheven.
Maar in dit soort situaties blijkbaar alleen als ik mezelf ertoe dwing.
Iets wat me ontzettend slecht lukt, ook al wil ik het wel, omdat het de pijn verminderd. Wat ik nu zo fijn vind, of zo behoef aan dat wentelen in mijn eigen ongeluk dat heb ik duidelijk nog niet ontdekt.

Nog twee dagen.
Ik laat Lyka, geheel tegen de regels in, lekker ook vannacht in het grote bed.

En om het allemaal af te maken heb ik zo'n gruwelijk verschrikkelijke zin (lees= drang) in een sigaret..

Iets zegt me dat 'mijn vriendje was skiën' zich niet echt kwalifceert als reden om weer te beginnen met roken...

vrijdag, april 04, 2008

Toch een klein beetje positiviteit.

Ha! Ik weet er één!
En dat nog halverwege het opzetten van het eerste kopje thee.

Ik ben eindelijk minder misselijk.
Na vijftien weken enkel water, elke twee uur eten, bakken krentebollen en snoepjes en avondeten wat na vijf minuten ineens zo smerig was, heb ik gisteren voor het eerst weer cola gedronken. En meer dan vier theetjes per dag.
Misschien kan ik zelfs van het weekend wel thee met een smaakje proberen!

Niet dat dit echt daadwerkelijk met het weekend te maken heeft, maar in het kader van de positieve noten grijp ik elke binnenkomende gedachte aan.

Planningsprobleem.

Ik had nogal wat gepland voor het weekend.
In het kader van 'hoe negeer ik Nanne' ging ik Lyka halen van school en met haar naar schoonouders. Daar ging ik dan eten en dan 's avonds met schoonmama winkelen.
(wacht, er was iets met die schoonouders... oja, ik moest nog steeds Lyka van Maylinn vertellen.. nu ja, dat zien we dan wel weer)

We gingen dan zo laat mogelijk naar bed, waarbij Lyka eindelijk weer in het grote bed mocht slapen (iets wat ik voorheen eens in de maand goedvond, maar vanwege mijn zwangere lijf wat minder vond, maar ja, nu is er ruimte zat..) om vervolgens 's ochtends vroeg uit bed te spingen (weinig slaap is het recept voor weinig hersenactiviteit is het recept voor minimaal nadenken) om naar Amsterdam te vertrekken, waar in het kader van het Museumweekend een hoop leuke dingen open en gratis zijn.
Zondag zouden we dat dan nog eens dunnetjes over doen in Rotterdam, waarna Lyka zou worden opgehaald en ik enkel nog de uren door moest tot de maandagochtend, wanneer Nanne weer terug zou komen.

...

Had ik al verteld dat onze auto, alweer, kapot is?
En voor de vierde keer naar de garage gaat?
En dat ik nu in Nanne's leasebak rijd, die enkel voor nood is? (iets met bijtelling en belasting enzo)
En dat ik bovendien de laatste centjes in Mare had gestopt, in de vorm van benzine?
En dat Amsterdam best ver weg is om op lucht te rijden?

Ik moet duidelijk nog eerst meerdere kopjes thee hebben voor ik de positieve kant kan inzien van deze wending van mijn ik-negeer-Nanne-weekend...

Achterblijvers.

Gisteren is hij vertrokken.
Na een nacht in de bus is hij op dit moment of net aangekomen in het een of andere idyllische Oostnrijkse dorpje, of nog net op de snelweg de slaap uit zijn ogen aan het wrijven na een nacht met te veel cola en te weinig nachtrust.

Ik werd voor het allereerst sinds ons samenwonen wakker in een koud en leeg bed.

Als ik nu doe alsof ik hem helemaal niet mis, zou de pijn dan overgaan?

dinsdag, april 01, 2008

Zoek(t) en gij vindt moeilijkheden.

- Goedemiddag, u spreekt met de Belastingdienst.
Nee, hoor, dat geld mist niet, dat hebben we over gemaakt naar de verhuurder.

- Hallo, u spreekt met Vestia.
Wat zegt u? Nee hoor, die rekening is geblokkeerd, dat geld heeft de belastingdienst.

- Goedenmiddag, u spreekt met de Belastingdienst.
Wat? Nee hoor, wij maakten dat geld over op rekening 000. Is die niet van Vestia? Weet u dat zeker?

- Hallo, dit is Vestia.
Hoe zegt u? 000? Nee hoor, dat nummer is niet van ons. Ons nummer is 999. Weet u zeker dat dat nummer niet van de verhuurder is van uw vorige huis? Uw geld is bij de Belastingdienst hoor.

- Goedendag, dit is de Duwo.
Vertelt u eens. De Belastingdienst heeft naar ons geld overgemaakt? Nee hoor, wij krijgen al sinds januari geen geld meer van ze. Als we dat gekregen hebben dan hebben we dat teruggestort, u bent immers verhuisd.

- Goedenmiddag, u spreekt met de Belastingdienst.
Oh. Niet van uw verhuurder? Dan moeten wij een nieuw formulier aanmaken. Als wij u dat dan sturen, en u stuurt dat terug dan storten wij het geld in het vervolg niet meer op 000. Uw geld? Van februari en van maart? Nou, dat geven we terug, als alles verwerkt is. Wanneer dat is? Ongeveer tien werkdagen nadat het nieuwe formulier verwerkt is mevrouw.

Ik oefen op wurgen door de telefoonlijn...

maandag, maart 31, 2008

Zelfkwelling.

Als ze naar hen luistert is het niet goed en doet het pijn want dan vindt ze het daar fijn.
Als ze naar mij luistert is het niet goed en doet het pijn want dan gaat het missen nooit over.
Als ze niet luistert is het niet goed en doet het pijn want dan is al mijn opvoeding -schoonmama is niet zo van de opvoeding van hondjes- ten gronde.

Ik probeer het huis binnen te komen en te verlaten als schoonpapa met haar wandelen is.
Als ze met me meeloopt dan mis ik haar gruwelijk.
Als ze niet meeloopt is ze me vergeten en mis ik haar gruwelijk.

Ik studeer nog op een manier om het aan Lyka te vertellen...

Kynologisch.

Lang geleden was Maylinn klein en schreef ik het volgende. Ze groeide op en leerde dat de bench best heel leuk was. Wandelde met regelmaat zelf naar haar kussen en lag er dan met het deurtje open uren in te slapen.
Ze bleef nog wel janken bij het alleen zijn, en ik negeerde mijn ik-denk-dat-jij-denkt-geweten en negeerde haar. Pups moesten wel opgevoed worden, en wij woonden in een flat in de stad, dus de onze nog iets meer dan gemiddeld. Want God, wat heb ik een hekel aan de honden die als je de lift in wilt aan het einde van de lijn staan te stuiteren, of altijd met hun modderpoten op jouw net schone jas springen. Nee, de onze zou worden opgevoed, die zou overal mee kunnen lopen, respect leren hebben voor de wielen van de scootmobiel en het prima naar haar zin hebben op de stal bij mijn paardje en in de auto.

We deden alles volgens het boekje maar het leek weinig te helpen.
Jawel, we hadden een keurig opgevoede hond die met vlag en wimpel slaagde voor de puppycursus, maar ze jankte nog steeds. Bij de supermarkt, op stal, als we de motor uitzetten, bij het eten maken, als de buurman langs liep, als Nanne thuiskwam, janken is Maylinns manier van praten, zo leek het wel. Omdat we zelf niet verder kamen schakelden we op advies van de puppytrainster een professionele honden trainer in. Maylinn was pas vijf maanden oud, dit moesten we toch aankunnen? We betaalden een smak geld -wie kijkt er op de centen als er jonge hondjes opgevoed moeten worden-, kregen een hoop tips en sloegen aan het oefenen. Nog eens drie maanden later was er nog weinig verbetering. Jazeker, mevrouw kon een hele minuut alleen zijn, zolang ze wist dat het een oefening betrof. En ze leerde naast janken ook blaffen. De trainster kwam terug en we kregen -in ruil voor nog maar weer een smak geld- weer tips.

Inmiddels was ik op momenten de wanhoop nabij. Ik snapte niet waarom mij dit nu weer moest overkomen. Wat deed ik fout? Het was immers niet alsof ik nog nooit eerder een hond had gehad. Ik wist hoe ik moest opvoeden. De trainster zei dat Friese Stabijen wel vaker nerveus waren. Wij, die voor deze hond, in tegenstelling tot alle vorige, wel langs meerdere rassen waren gegaan met kenmerken en al, hadden dat nergens gevonden. Zelfs in het rassenboekje niet. Maar, zo moest ook zij toegeven, Maylinn was, zelfs voor een Stabij, wel érg nerveus. Bij tijd en wijle was ik het zo zat dat ik uit mijn slof schoot. 'Hou je klep' schreeuwde ik dan naar Maylinn, hetgeen op zich overigens wel hielp, al was het maar om mijn eigen stress te verminderen als ze na een half uur nog jankte. Jammer genoeg had het het -te verwachten- effect dat alle consequentheid nu uit mijn oefeningen was verdwenen en ik weer overnieuw mocht beginnen. In telefonisch overleg met de trainster -zowaar gratis- besloot ik het anders aan te pakken. Ik zou Maylinn niet meer meenemen. Als ik haar veel minder meenam dan zou ik minder gestrest worden van haar geblaf en gejank en zou onze relatie verbeteren. Ondertussen zouden Nanne en ik het blaffen en de zindelijkheid trainen. Dat laatste is, om de een of andere reden en al haar slimheid waar het het kunstjes doen aangaat ten spijt, niet echt blijven hangen.

Ha.
Mooi niet.
Maylinn is een ontzettend slimme hond, inmiddels met nog meer wimpel en vlag geslaagd voor de opvolgcursus bij de hondenclub en wist haarfijn wanneer er op de bel werd gedrukt door de postbode of wanneer het een oefening was. We sloopten de bel en ze blafte met kloppen. We vroegen de buurkinders te pas en te onpas te bellen en weer leek ze het te weten.
Het janken leek iets minder (omdat ik haar niet meenam of omdat ik er minder gestrest onder was?) maar het blaffen breidde zich uit tot diverse minuten na het gaan van de bel. Let wel, zestig seconden zijn een stuk langer als er oorverdovend naast je wordt geblaft. Het zindelijk worden pakten we aan met een traphekje in de deur, het negeren van ongelukjes en het zorgvuldig en vaak belonen van de plasjes buiten. Ik werd een wandelende beloningssnack, met clicker (de hondenvariant van het dolfijnenfluitje) om de nek en snoepjes in elke jas- en broekzak. Dat leek te werken, tot we het hekje weg lieten omdat we na twee maande dachten 'nu gaat het toch goed' en ze de keukenvloer toch leuker vond dan het gras buiten.

Wij gingen verhuizen en besloten de boel even de boel te laten.
Stress genoeg, dus even niet oefenen.
Ik werd zwanger en de clicker zat ergens in een doos, maar het was wel ok.
Goed, ik wenste Maylinn zo eens in de week ver weg naar een boerderij, maar hield ook zielsveel van haar.
We raakten wat ingeburgerd in onze nieuwe stad en ik begon weer wat te oefenen.
Zij begon -het viel haast te verwachten- wel weer meer te janken en te blaffen. En bleek, ook in het nieuwe huis, zo nu en dan het laminaat te prefereren als plas plek boven het gras buiten.
Opnieuw belde ik E., inmiddels 'onze' trainster.
We gaven de zoveelste bak geld uit, dit keer met als doel Maylinn zo bezig mogelijk te houden. Als ze maar moe is dan jankt ze minder. Als ze veel loopt, veel oefeningen doet en veel geestelijke activiteiten heeft dan is ze sneller moe.
In de praktijk hield dat in dat haar eten niet meer uit een bak kwam maar uit een bal, zodat ze er een half uur mee bezig was, kochten we peperdure hondenspelletjes, lieten haar nog meer loslopen en probeerde het blaffen eruit te clicken door de godganse dag met -jawel, nog meer- beloningssnoep rond te lopen.

Ze was nu een jaar oud en ik was op.
Dit was niet wat ik wilde toen ik besloot een hond te nemen.
Ik wilde, net als bij de andere drie, een hondje om mee te nemen, lekker naar mijn paard, naar buiten, naar de vereniging. Ik wilde geen stuiterbal in huis die de hele buurt bij elkaar blafte en jankte als ze vijf minuutjes aan een paaltje zat omdat ik met de auto bezig was een meter verderop.
Af en toe was ik het zat dat ik huilend tegen Nanne riep dat we een boerderij voor haar gingen zoeken. Ergens buiten, waar ze alle ruimte zou hebben, en niemand het wat kon schelen of ze zou janken of niet. Maar een half uurtje later zat ik vertederd te kijken hoe ze met de kat speelde. Mij God wat was ze mooi, en lief, en geweldig. Ik zou alles doen, alles, ik zou niet falen in de opvoeding, ik moest er toch VerDoRie voor kunnen zorgen dat deze hond in de stad kon blijven wonen?!

...

Misschien heb ik gefaald.
Het voelt wel als falen, maar dat kan ook best aan mij en mijn gevoel liggen.
Het ging niet meer, ik ben opper dan op.
En dat komt niemand meer ten goede, haar ook niet.

Maylinn woont sinds kort bij mijn schoonouders.
Die een groot huis hebben, met een erf en veel weiland in de buurt.
Waar ze alle ruimte heeft, en niemand het wat uitmaakt als ze blaft en jankt.
En ik moet niet zeuren, want ik zie haar nog.
En ik moet niet huilen want ze is niet uit het zicht, ik kan nog met haar wandelen, met haar knuffelen, met haar spelen.
En ze heeft het daar goed en naar haar zin.
En ze zou zelfs, mettertijd, met ons mee op vakantie kunnen, of naar het strand of de veluwe.

En dus huil ik elke ochtend, als ik de bench zie onder de trap.
En bij elke thuiskomst, als ik haar niet hoor.
En in de auto, bij elk park dat ik passeer.
En... En.. En...

zaterdag, maart 29, 2008

Ik heb een negatief fortuin.

Je een beetje verkijken op je eigen financiële situatie zo net na de -overigens nog verdomd dure- vehuizing, dat kan de beste overkomen. Vergeten dat, net na het betalen van de gemeentelijke belastingen in de ene stad, de andere stad komt met duurdere belastingen -Hé, jij wilde graag groter wonen-, dat is in het geheel geen misdaad. Dan toch nog niet helemaal uitkomen met je geld volgens de Loesje stelling 'aan het eind van mijn geld hou ik altijd een stuk maand over', ach.. als het zo apart was dan sprak Loesje er niet over.

Dat Nanne een skitripje heeft volgend weekend -door de zaak betaald, hij wel, iets met 'bonding' ofzo- en daar zakgeld voor nodig heeft.. ach...
Dat ik eigenlijk met Lyka naar het museumweekend wilde.. -in dat weekend dat ik anders mijzelf op zou vreten omdat Nanne, jawel, skiën is- ach...
En de poezen kunnen best wel even een paar weekjes wachten met ontvlooid worden.

Ik krijg een bijzonder soort flashbacks naar 'Ik ben toch zeker Sinterklaas niet' van een oeroude Kinderen voor Kinderen met Edwin Rutte...

donderdag, maart 27, 2008

Tylani goes political.

De film is uit.

Dat we lekker met zijn allen alle moslims over één kam kunnen scheren en doen alsof boeddhisten, christenen en ongelovigen nooit moorden plegen.

Ik denk dat we ons met zijn allen niet zo druk moeten maken om mensen als Wilders en beter wat beter naar onze buren kunnen luisteren...

dinsdag, maart 25, 2008

Slijtvast. (2)

En wat moet ik hemelsnaam aan Nanne vertellen?

"Sorry lieverd, ik hou heel veel van je, maar ik zat even met mijn hoofd bij een meisje met lange zwarte haren die ik drie jaar geleden voor het laatst zag..."

Nog afgezien daarvan: In 2003 was S. zeventien

Slijtvast.

Na ruim een jaar was het over.
Niet zozeer omdat ik niet meer zo verliefd was, maar omdat ik haar veel minder zag.
Liefde slijt.

Dat jaar waarin ik hoteldebotel, pijnlijk, en gruwelijk jaloers verliefd aan het wezen was was in tweeduizenddrie. Dat het nu, geheel onaangekondigd, onverwacht en redelijk ongewenst, weer boven komt drijven is op zijn zachtst gezegd hinderlijk.

Voor een vierentwintigjarige had ik nog excuses kunnen verzinnen, verlate puberteit en meer van dat al.
Maar voor een volgend jaar dertig wordende....?

Rotweer.

Pasen is geweest en het sneeuwt.

Allemaal witte vlokjes op de hopen stukjes boom die nog in de tuin liggen na Nanne's dagje-met-de-ketingzaag. En op het schuurtje zonder deur. En op de poezen, die dat vervolgens meenemen en in de vorm van modder achterlaten op mijn computerbureau.

Alemaal mooie witte vlokjes in de tuin, die ik kan zien vanachter mijn bureau.

Stiekem begin ik dit nieuwe huis steeds leuker te vinden.

Rustig hier.

Ben er nog niet achter of dat komt door het nieuwe huis en mijn nog niet gewendheid aan de nieuwe pc, mijn zwangerschap en bijkomende ziektes en zwaktes, mijn totale gebrek aan ritme en dicipline op dit moment, de problemen met het hondje of de weergoden, die het laten sneeuwen in maart.

Ik ben in ieder geval niet alleen hier zo sloom.
Er ligt een stapel post van alweer vijftien centimeter op me te wachten, de dvd speler loopt over van programma's die ik opneem maar niet kijk, op de trap ligt al vier weken de haarverf die toch echt in mijn haar moet en als ik mijn wenkbrouwen niet door een ander liet epileren dan liep ik erbij als Bert uit Sesamstraat.

Nu ja, als ik mezelf een beetje ken dan kom ik over een week of wat wel weer met meer postjes dan er op een pagina passen, dus u heeft maar gewoon geduld te hebben :)

maandag, maart 17, 2008

Voor dubbel rechterhanden.

Nanne ging zaterdag een schuurtje bouwen.
Vriend P. kwam helpen en ik ging een driegangen-diner koken om de mannen weer wat van verspilde energie te voorzien.

...

Zondag regende het en bouwde Nanne nog steeds een schuurtje.

...

Maandag moest hij weer naar zijn werk en stond er... 'iets' in de tuin wat vaaglijk iets wegheeft van een stalen schuurtje.

Het schuurtje bestaat uit een stel stalen platen, bouten en moertjes en zou, volgens de leverancier, iets weghebben van het bouwen van een IKEA kast.
Nanne heeft twee jaar bij de IKEA gewerkt.
Dit is geen IKEA kast.
Dit lijkt in de verste verte niet op een IKEA kast.
Een IKEA kast is een eitje, zijn handleiding een kinderboek, vergeleken bij dit schuurtje. De platen zijn scheef, de gaten zitten op verkeerde plekken, het boek lijkt in het oud-Grieks geschreven, ofschoon het er in het Nederlands en Engels opstaat.

Stel dat we de leverancier of fabrikant bellen om te klagen en het schuurtje op te komen halen, dan krijgen we bijna driehonderd euro terug. Daar kunnen we vast wat leuks van doen. Achterstallige verhuisrekeningen betalen bijvoorbeeld.
Maar ja, dan hebben we geen schuurtje.
En dat schuurtje was nu juist wat we zo hard nodig hadden, of liever, wat de fietsen en de scootmobiel zo hard nodig hadden.

Ik geloof dat Nanne op de eerstvolgende zonnige dag weer verder wil worstelen.

En ach, het 'iets' heeft een dak nu, dus op zich staan de fietsen in elk geval droger dan buiten...

dinsdag, maart 11, 2008

Materialistisch gemis.

Na een tijd van vruchteloos proberen en veel gescheurde vloeitjes gaf ik het shagroken op en pafte tot mijn zestiende dure sigaretten. Toen besloot ik het opnieuw te proberen. Ik nam een shagrokend vriendje en liet mij zorgvuldig onderwijzen in de nobele kunst van het uit papier en tabak iets rookbaars bouwen en na een week of wat had ik het eindelijk door.
Ha! Eindelijk meer roken voor minder geld.

Nu ik deze drempel had genomen vond ik mij oud en stoer genoeg voor een heuse Zippo.
Een Zippo is een door het Amerikaanse bedrijf (jawel) Zippo gemaakte benzine aansteker die de gebruker zelf moet bijvullen met speciale (of bij weinig geld met was-) benzine. Het vlammetje gaat pas uit als je het deksel dichtklapt en derhalve is hij zeer geschikt voor winderige schoolpleinen. Men dienst de echte aansteker overigens niet te verwarren met de voor vijf gulden op de markt verkrijgbare namaakprullen. Bij een echte Zippo brand je lont nooit op en heb je een levenslange garantie die je overigens nooit nodig hebt want hij gaat toch niet kapot.

Ik schafte mij een mooi mat (glanzend geeft maar krassen) modelletje aan en liet er de naam van mijn eerste verzorgpaard in graveren. Niet omdat ik nu zo aan dat peerd gehecht was maar omdat ik zijn naam wel mooi vond. Toen Lyka werd geboren liet ik haar naam erbij zetten en toen ik de zippo kwijtraakte kocht ik hetzelfde model opnieuw en liet het wederom graveren. Ik kreeg genoeg van de rode plekken op mijn been omdat ik er standaard teveel wasbenzine in goot (wat dan zo heerlijk dwars door je broekzak heen je been gaat irriteren) en kocht een zakje voor aan mijn riem. Ik studeerde een tijdje op de best manier om een Zippo in en uit dat zakje te krijgen (ondersteboven, zoals elke echte roker weet, anders klapt je klepje om) en droeg het vervolgens nooit meer omdat ik rokken ging dragen waar geen riem aan zat. Ik raakte ook de tweede kwijt en gaf een bak met geld uit aan een derde, die ik dit keer paardennaam onwaardig achtte en met dolfijnen liet graveren. Ik vond de allereerste terug in een lang geleden gewassen en daarna in een tas met oude kleren verwenen broek en hij deed het nog.

En toen werd ik zwanger.
En bande ik alle asbakken, shag, sigaretten en peukjes de deur uit.
Maar niet de Zippo. Die bleef, ongebruikt, het kleine voorvakje van mijn tasje bevolken. Ik vergat hem een beetje, hij kwam pas weer onder mijn aandacht toen ik mijn tasje omdraaide op zoek naar mijn telefoon.
En nu staat hij mij vanaf de bar in de vereniging aan te staren.
Stoer en statig en vol krassen omdat de dolfijnenversie alleen in glanzend te krijgen was.
(Niet dat een matte minder krassen heeft, je ziet ze alleen minder)
Ik probeerde hem.
En hij was leeg.
Niet zo heel verwonderlijk, vijf weken in een tas en benzine en vervliegen en niet bijvullen enzo, maar toch. Hij leekt dood, leeg, verlaten.
En ik mis hem. Om de een of andere reden lijkt het zo zonde om hem te laten verdwijnen in de een of andere la of bak omdat ik nu eenmaal niet meer rook.
Ik zou hem in de tas kunnen laten, voor 'noodgevallen' en leuke meisjes maar ergens doet dat geen recht een de historie van mijn Zippo. Die is voor gebruik, niet voor noodgevallen.
Hij zou, omdat er nu eenmaal een dolfijn op staat, in de vitrinekast kunnen, bij alle andere dolfijnen. Maar dan wordt het een soort museumstuk en nog steeds niet het gebruiksvoorwerp wat hij eigenlijk zou moeten zijn.

Ik zou natuurlijk ook weer kunnen gaan roken...

vrijdag, maart 07, 2008

Prioriteiten.

Ik schopte flink ruzie met de telefoonjuffrouw van de reparatiedienst.
Dit was niet de eerste keer dat ik zat te wachten, zo legde ik uit. De vorige keer waren jullie ook al te laat, en de vorigevorige en de daarvorige keer ook al.
De laatste keer kreeg ik van jullie nieuwe accu's, gloednieuw en mooi en groot en gaaf, waar ik kilometers mee mijn hondje zou moeten kunnen uitlaten. En nu blijkt dat die accu's mij al na een paar honderd meter in de steek laten ben ik boos, teleurgesteld en koud, vooral heel koud. En dus proppen jullie mij maar ergens tussen, en komen niet op 'volgende-week-woensdag-hebben-we-een-plekje' (=lees: wees blij dat we voor eind mei nog komen) maar gewoon op vrijdag.

Ik was standvastig en duidelijk en wist niet van wijken.
Ik was zo onwijkbaar dat ik het gesprek voortzette in de tram.

En ze kwamen.
Ik belde ze op, en ze zouden komen, tussen één en drie.
Precies het tijdstip dat ik eigenlijk bij Lyka's school hoor te staan om haar mee te nemen naar een jarige schoonpapa, maar dat moest Nanne dan maar doen. De dienst kennende zouden ze waarschijnlijk pas om een uur of vijf komen opdagen en had ik dus alle tijd om Lyka op te halen, maar dat risico kon ik niet nemen.

Ze waren er om tien over één.
En gaven mij na vijf minuten diep overleg en zorgvuldig bestuderen een nieuwe oplader.
Niks mis met die accu's, probeert u deze eens.

Ik zou Nanne kunnen bellen, dat hij kan blijven werken en dat ik zelf naar Lyka's school ga rijden.
Nah.
Een beetje extra tijd is ook wel fijn.

Schaamte.

Anoniem g. zei...

betekend met een d!!
je maakt normaal nooit taalfoutjes


Dat krijg je dus als je in een tijdspanne van een uur of wat drie stukjes pennen wil om de wereld te laten weten hoe het staat met je huis en je kind in wording...

woensdag, maart 05, 2008

Update (2).

Meteen maar even het volgende, dan weet ik zeker dat ik alle onderwerpen heb gehad. het

Met ons wurm gaat het goed.
Ik heb vandaag precies elf weekjes zwanger, het is vijfeneenhalve centimeter groot en mijn nieuwe due-date is 24 september. Lyka is blij dat haar broertje of zusje steeds minder kans heeft in oktober geboren te worden en mijn schoonmoeder lobbied of ik niet voor haar vijftigste verjaardag kan bevallen. Tien dagen te vroeg moet kunnnen, dacht zij zo.
Ondertussen ben ik zieker en zieker, wat op zich betekent dat het wurm goed groeit, maar redelijk onaangenaam is. Nanne heeft nogal wat chagerijnige buien te verwerken en kan op verdomd weinig hulp rekenen bij het inrichten van het huis. Ondertussen ben ik wel gewoon weer aan het werk gegaan na mijn twee weken 'verhuisvakantie'.
Ik denk dat ik al een buikje heb, maar dat zou ook best aan mijn enigszins eetgestoorde preoccupatie met mijn eigen lijf kunnen liggen. Feit is wel dat ik al vier kilo ben aangekomen, maar of dat aan mijn zwangere lijf ligt of aan de enorme hoeveelheid eten die ik naar binnen werk op een dag om te proberen de misselijkheid tegen te gaan is mij niet duidelijk. Het steekt me nog het meest dat ik geen pizza shoarma meer lust en dat enkel water na een dagje wat saai wordt. Maar de dagen zijn geteld, over maximiaal zeven weken is het voorbij en ga ik een wonderbaarlijk tweede trimester in.

Zo.
Nu bent u pas echt up to date.