vrijdag, november 30, 2007

Jaloers.

Conversatie tussen vriendje en vriendinnetje:

- Jij staat vast buiten met je stinksigaretten.

Ik sta nu buiten met koffie.

- Ja, maar jij belt mij alleen als je pauze hebt.
En als je pauze hebt dan sta je buiten.
En als je buiten staat ga je stinksigaretten roken.


Ik heb binnen helemaal geen bereik, ik moet dus wel naar buiten als ik jou wil bellen.

- Dat bedoel ik!
En dan ga je sigaretten roken, en koffie pakken, en dan roken en als je dan uitgerookt bent is alleen de koffie nog over zodat je tegen mij kunt zeggen dat je niet buiten staat met je stinksigaretten.


...

- Zie je, onwrikbare logica, die logica van mij.

Concentratie.

Dat klaverjassen, dat blijkt ook online te kunnen.
Waarmee de kans dat het vrouwenteam de volgende keer wint duidelijk omhoog gaat.

Ik heb nog maar elf onbeantwoorde emails die ik dit uur af moet maken...

Oorlog.

Misschien word het tijd dat ik een extra log begin. Dan hoef ik u niet steeds lastig te vallen met mijn gezeur over mijn stoppoging. Maar misschien vind u dat wel helemaal niet. Hoe dan ook, dat extra log dat is er nog niet, dus ik blijf u nog even lastigvallen. Als u er een probleem mee geeft, nu ja, dan gilt u maar.
Goed. Belangrijker zaken.

In the "war on sigarets" is het laatste nieuwigheidje dat ik advies vroeg aan Henk, mijn allerliefste huisarts. Henk kwam tot de volgende conclusie: kauwgom en pillen. En anders maar weer beginnen met roken en gaan sparen voor nog meer pillen bij een tweede stoppoging.

Ik voel even de noodzaak om u wat uit te leggen. Ergens dringt zich aan mij de gedachte op dat u nu gedachten heeft als: "Pillen? Kauwgom? Is dat niet een beetje overdreven?" Ik zou even stil kunnen blijven staan bij mijn aan het ziekelijke grenzende, niet aflatende neiging tot het invullen van andermans gedachten, maar dat zou de neiging tot uitleggen en duidelijk maken niet onderdrukken en dus vertel ik het maar gewoon.

De uitleg dus.
Het schijnt dat nicotine iets doet met je dopamine huishouding. Zelfs als de nicotine van je laatste sigaret allang je lijf uit is (dat duurt naar verluid ongeveer twee dagen). Je dopamine spiegel moet dan zichzelf gaan huishouden, en is daar redelijk belabberd in. Lang niet gestofzuigd, weet niet meer zo goed hoe het moet, kijkt niet in de hoekjes, dat idee. Het resultaat: stemmingswisselingen.
En, om het allemaal leuker te maken, als je nu gevoelig bent voor of de dopamine of de stemmingswisselingen, hele érge stemmingswisselingen.
Of nu ja, dat zegt Stivoro.

Hoera!
Ik ben niet gek, ik ben gewoon gevoelig!
En er zijn mensen die eerder hebben gehoord van dat waar ik last van heb, ik ben niet de enige!

Maar goed, dat hernieuwde inzicht helpt me niet van mijn huilbuien af, noch van het allesoverheersende gevoel nooit meer gelukkig te zijn. En dan heb ik het nog niet eens over zekere zelfdestructieve gedachten die te pas en te onpas door mijn hoofd lijken te zwemmen. Van niet-roken word ik duidelijk erg labiel.
En dat was nu precies wat ik niet wilde, want die stoppoging moest het wel uithouden.

Nog even over dat 'labiel' en in het kader van mijn ziekelijke invulgedrag; ik wil dan wel dat zo weinig mogelijk mensen weten hoe ik me écht voel. Ik moet wel een beetje 'grote sterke Ty' blijven lijken. Maar ik wil wél dat duidelijk is welk gevecht ik voer. Ik wil wél begrip. En vooral: credit. Dat men niet denkt dat het allemaal maar makkelijk is. Ik wens waardering voor mijn niet aflatende gevecht tegen de sigaret en mijn emoties.
Zonder iemand feitelijk iets te vertellen, dat dan weer wel.

Terug naar de stoppoging.
Ik wilde de grens weten, de regels. Ik wilde weten wanneer ik profijt zou gaan zien van mijn gevecht. Het moest het wel een beetje waard zijn, er moest een balans zijn tussen mijn labiele ik en dat wat ik daarna zou hebben. Ik zocht iemand die me bij voorkeur de dag en tijd zou vertellen dat het allemaal over zou zijn en ik weer mijn oude zelf zou zijn.


En zo komen we weer terug bij Henk, die me met een beetje geluk de weg zou wijzen naar verlichting en het 3 stappen plan zou uitdelen. Nou bleek dat natuurlijk tegen te vallen.
Die verlichting bleek vooral te bestaan uit langer op de tanden bijten. Maar dat ik niet alles zonder hulp hoefde te doen, dat vond hij dan weer wel.
Gezien het feit dat ik van de nicotinepleisters aanvallen van gruwelijke misselijkheid kreeg was zijn stap 1: nicotinekauwgom. Beter doseerbaar, makkelijk toepasbaar, minder misselijkmakend. Zijn stap 2 was het geven van een doosje slaappillen, zodat ik (en vooral Nanne) niet ga lopen spoken als de emoties hoog oplopen maar gewoon braaf in mijn bedje blijf. Dat hele pakket ga ik zo een week of wat proberen en als dan nog steeds blijkt dat ik een ongeleid projectiel van emoties ben dan is stap 3 dat ik weer gewoon begin met roken. Dan kan ik zo begin 2008 met Nanne samen stoppen, en dan al voor het stoppen beginnen met peperdure medicijnen zoals Zyban, die al die ontwenningsverschijnselen en stemmingsstoornissen moet gaan opvangen.

Zo.
Is dat een mooi plan or what.

En ondertussen ga ik gewoon verder.
Nine days, twenty hours and thirty minutes.
Nine days, twenty hours and thirty-five minutes.
Nine days, twenty hours...

donderdag, november 29, 2007

Babykamer.

Die test, degene waar het ziekenhuis naar eigen zeggen zes maanden over zou doen en waar we dus voor maart volgend jaar niets van hoefden te verwachten, was negatief!

Ik heb geen enge mutaties!
Mijn genen zijn OK! (nu ja, dat niet helemaal geloof ik, ik dacht dat de arts nog iets zei over 'veelvoorkomende' en 'ongevaarlijke' en 'twintig procent van de mensen', maar ergens na de woorden 'de test was negatief' is mijn geheugen duidelijk haperingen gaan vertonen..)

Kom maar op met die kinders!

woensdag, november 28, 2007

Kat in de zak.

In het kader van mijn stopproject probeerde ik op advies van Stivoro en schoonmoeder de nicotinepleister.

[...]

Na een uur van irritatie en misselijkheid vraag ik me af waarom ik toch in hemelsnaam wél twintig sigaretten per dag kon roken en toch zo dodelijk misselijk word van een pleister met veertien miligram nicotine erin...

maandag, november 26, 2007

Vreemde liefde.

Jamie is verkocht.
Al een tijdje al eigenlijk, maar ik had eerder niet de tijd en de moeite of de zin om er iets over te schrijven. En het is rotweer, dus ik had hem ook nog niet zo erg gemist. Alhoewel dat laatste ook zou kunnen komen omdat ik niet meer in de berging ben geweest sindsdien.

Ik was -ondanks mijn grillige rijgedrag- aan mijn brommertje gehecht, en had aan de nieuwe eigenaren gevraagd goed voor hem te zorgen. Dat, en om mij tweehonderd euro te betalen, bovenop de kosten die ze zouden moeten maken voor het vervangen van de remmen en de accu, die meer dan een beetje stuk waren, maar een Revival is blijkbaar een dusdanig gaaf ding dat men prima bereid was dat te doen.

Ze kwamen uit Nijmegen om hem te halen.
En stuurden mij gisteren dit:

Hoi.
Met Jamie gaat het heel goed.
Ik heb hem voorzien van nieuwe rem blokjes en zeer goed gepoetst, wij zijn erg blij met hem, hij staat er bij als nieuw en hij rijd erg goed.
We vinden hem beide super gaaf en mooi en zal bij ons blijven als trouwe dienst.
We willlen jullie erg bedanken voor zo een mooie brommer.
We zijn er verliefd op geworden en waarderen hem heel erg


[...]

Tranen in mijn ogen.
Mijn Jamie heeft een goed nieuw huis gevonden...

Zo blij als een kind.

Ze belde af!
Ze belde af!

Geen vergadering morgen!

Dat God even weet dat hij mooi weer moet geven op de dag dat ik de hort op ga met mij en mijn camera.

Hobby.

In het kader van mijn werk voor de SABN krijg ik allerhande websites onder ogen. Zo ook eentje van project 8zorg, die iets doet met eetzorg en mantelzorg. Iets met meer aandacht ervoor, en dat is altijd goed. Ik las de site, en schopte Nanne om een vragenlijstje in te vullen over hoe vervelend hij mij vond en in hoeverre hij last ahd van mijn onhebbelijkheden met eten. Vulde zelf een lijstje in -meer zelfinzicht heb je nooit teveel- en zag bovendien dat er een verkiezing voor 'de beste mantelzorger' was.

Hè, das leuk, daar ga ik Nanne voor opgeven.
Niet echt met het idee er wat uit te halen, of zelfs maar genomineerd te zijn, nee, eerder omdat iedere naam extra meer bekendheid is, om mensen meer informatie te geven, wat te vertellen over hoe dat hier in huis gegaan is, iets bij te kunnen dragen.

En zo kreeg ik eind oktober een brief dat ik had gewonnen.

Ik had wát?!
Gewonnen? IK? Iets gewonnen?
De ik die niet eens een tekenwedstrijd won of een reep chocola en alleen wat kreeg als we meededen met bingo omdat je daar altijd prijs had, die ik had iets gewonnen? In een echte wedstrijd?

Nu ja, technisch gezien had Nanne iets gewonnen, en niet ik, maar ik had de inzending opgestuurd, de winnende woorden geschreven.

Maar goed, lang verhaal kort, -want ik wilde eigenlijk heel ergens anders heen met dit postje, bereid u dus maar voor op een lange lap tekst- Nanne kreeg een verwenpakket en een fotoshoot.
Hij mocht kiezen met wie en waar, dan zou er een professionele fotograaf komen om hem vast te leggen en daar mocht hij dan een grote afdruk van hebben. Hij koos mij in het gebouw van onze vereniging -handig, zo'n gebouw uit veertienhonderd, doet het goed bij fotografen- en gisteren was de dag van de foto's.

Om een uur of twee 's middags, na veel te weinig slaap -oja, we waren uitgeweest-, kwam na enig zoeken naar de juiste straat fotografe L. bij ons de kelder binnen stappen.
Mooi blond en gruwelijk maar prachtig mager (zouden ze bij 8zorg ook anorectische fotografen hebben uitgezocht of zou ze gewoon van zichzelf zo dun zijn?) zette L. een hele set op in de kelder van ons verenigingsgebouw. Lampen, reflector schilden, flitsers, meters, draden, de hele mikmak.

Ik had ooit zelf wat aan fotografie gedaan en bezit nog steeds een antieke Praktica spiegelreflexcamera in een heel smerige fototas, omdat ik uit geldgebrek al jaren geen foto's meer maakte, en was dus wel geinteresseerd in het hoe en wat en waarom van al haar speeltjes. Na anderhalf uur waren de foto's klaar -even over die foto's, heeft u enig idee hoe verschrikkelijk het is om model te zijn? hoe gruwelijk lang je in vervelende houdingen moet staan omdat het er dan beter uit ziet voor de foto? en dat we bovendien nog niet eens weten welke het eigenlijk gaat worden?- en bedacht ik me dat van geldbebrek nauwelijks meer sprake was als het ging om de belemmering om foto's te maken. Nu was dat geld niet het enige. Vroeger drukte ik al mijn foto's zelf af. Mijn HBO had een gruwlijke DoKa, met wel twintig vergroters voor zwart-wit foto's, gebruik van hun chemicaliën, en, veel belangrijker nog, een droogmachine. Nu ik niet meer studeerde kon ik daar moeilijk nog toegang tot claimen, alhoewel ik met een flinke dosis lef dat natuurlijk altijd zou kunnen proberen, en zou ik dus al mijn foto's bij een ander moeten laten afdrukken. Daar afdrukken weinig nog gedaan word van negatief -wie heeft er nog rolletjes in zijn camera?- en al helemaal niet in zwart-wit, is de prijs ervan nogal omhoog geschoten. Maar eigenlijk was het ook gewoon niet leuk. Bij fotograferen hoorde afdrukken. Vermoeiend als het was, de uren die het duurde (met een rolletje was ik makkelijk vijf tot zeven uur bezig), het was ook leuk, je zag het resultaat, je kon ermee klooien, en dat is nu precies wat ik er zo leuk aan vond.

Maar ja, eigenlijk miste ik het toch wel.
Ik wikte en woog en besloot uiteindelijk toch maar dat ik graag een rolletje wilde proberen.
Of een paar.
Maar niet meer dan twee.
Per maand dan, in ieder geval, om de kosten beheersbaar te houden.

De ervaring leerde dat als ik met camera en statief de stad in trok een rolletje sneller vol was dan ik het kon afdrukken.

Nu heb ik dus drie rolletjes, een batterij voor mijn belichtingsmeter -want die van de camera was kapot, wat wil je ook als je al dertig jaar oud bent- en wat bibliotheekboeken om mijn kennis over diafragma's en scherptediepte wat op te halen.
En morgen vergadering. In Enschede. En ben ik de hele dag van huis...

Update-je. (2)

Dat niet roken hè...

We waren uit.. Het was laat.. En gezellig.. En ik wilde niet weg.. En Nanne had het naar zijn zin.. En er was goede muziek.. (Klinkt het al als een regel vol excuses? Mooi zo.)

Ik heb één hele sigaret gerookt.
Zondag, om drie uur 's nachts.

Het leek een rationeel besluit, nu roken om niet van het gestress om te willen roken weg te moeten van de plek des verblijfs. Achteraf gezien was het meer een moment van zwakte, en de redenatie meer een excuus.

Maar, ik ben nog steeds, of eerder, opnieuw, gestopt.

Weet alleen nog niet zo goed of dat een compliment waard is of aan standje...

zondag, november 25, 2007

Geheimpje.

Klaverjassen is het soort spel dat naar mijn mening bij oude mannetjes past, een beetje zoals bridge bij vrouwen van middelbare leeftijd en de countryclub hoort.

Wat klaverjassen vooral niet is, is een spel wat ik vaak zou spelen. Of nu ja, dat dacht ik dus.

MIjn schoonouders kunnen klaverjassen, en omdat schoonpapa verder niet zo thuis is in andere spellen (dat wat ik en Nanne graag doen) werd klaverjassen het tijdverdrijf voor zondagavonden-die-wegens-het-rookverbod-gevuld-dienen-te-worden-met-iets-actievers-dan-alleen-kletsen. Ik had het spel in heel mijn leven twee keer gespeeld. Een keer met, jawel, mijn schoonouders, en een keer met een vriend die vond dat ik, omdat ik het nu eenmaal kende, de juiste persoon was voor een toernooitje. Beide keren waren lang, lang geleden.

Geheel tegen de verwachting in, of misschien juist niet, verloor het vrouwenteam gigantisch, ondanks, of juist dankzij, het feit dat ik tot vervelends toe om uitleg heb gevraagd en zowaar op het eind de juiste keuzes bleek te maken. De mannen hadden hun revanche, en iedereen een fijne avond.

Stiekem denk ik dat ik het niet eens zo erg zou vinden om wat vaker (elke maand ofzo, zodat het vrouwenteam met enige snelheid weer in de grafieken stijgt) bij mijn schoonouders te klaverjassen.

Zolang niemand dat te weten komt, dat is, men moet wat stereotype gevoelens overhouden...

vrijdag, november 23, 2007

Update-je.

Dat niet roken trouwens, dat hou ik nog vol.

Ik voel me geheel en al verstoken van alle geluk en goedheid in de wereld, heb bij vlagen het gevoel alsof ik nooit meer mezelf zal zijn en huil mezelf in slaap terwijl ik weet dat ik oermammoeten creëer uit minimuggen maar niets schijn te kunnen doen aan het gevoel, maar ik ben nog steeds gestopt.

Commited.

Ik had wat meer verstand van computers en internet dan mijn medewerkgroepleden.
Niet dat het complete digibeten waren, maar als er een website geëvalueerd moest worden dan wilden ze mijn hulp toch graag hebben.

Ik had de betreffende site gisteren al open gezet in mijn speciaal voor dat doel aangemaakte 'Tylani @ work' profiel, zodat ik me geheel en helemaal kon wijden aan werk en niet afgeleid zouw orden door mails, spelletjes en inspiratie voor logstukjes. Ik zou daar vanochtend even een uurtje achter kruipen en dan even een aanbeveling in elkaar klussen.

Na drie uur en negen voor- en achterkantjes met aantekeningen later heb ik toch maar besloten mezelf te laten afleiden met inspiratie voor een logstukje...

donderdag, november 22, 2007

Ongelijk.

Nanne ging ook stoppen.
Hield dat met moeite vol, en sjoemelde wat, maar stortte zich vervolgens weer vol overgave in het project dat 'gezonder leven' heet.

Nanne heeft ADHD.
Met het oog op het een en ander is hij gevraagd om aan een onderzoek mee te doen over Concerta, een medicijn waar normale mensen hyper en AHDH'ers rustig van zouden moeten worden.

Nanne mag van het onderzoek niet stoppen.
Het onderzoek meet, naast dingen als concentratie en chaos, ook je stressniveau en je algehel gesteldheid. En als hij nu stopt met roken dan kan dat de onderzoeksresultaten kleuren. Dus moest hij of stoppen met het onderzoek, of met stoppen.

Nanne rookt weer.
Buiten, niet binnen, niet eens op het balkon.
Niet in Tyko, niet naast mij, bij voorkeur helemaal niet bij mij in de buurt.
Hij heeft beloofd over zes weken, als het onderzoek is afgelopen, opnieuw te beginnen met ophouden.

Nanne is lief.
Maar o zo gemeen...
Nu moet ik helemaal in mijn eentje stoppen...

En natuurlijk had ik hem zelfs geadviseerd om weer te gaan roken. Onderzoek is eenmalig, goed voor de mensheid, duurt maar zes weken, dat soort dingen. Stoppen met roken kan over zes weken ook nog wel. Het zou mooi zijn als mijn gevoel dat ook zou begrijpen...

dinsdag, november 20, 2007

God Thyrin straft meteen.

Men moet geen vitrage aan touwtjes laten hangen als de gordijnroedes al een week binnen zijn maar je feitelijk te lui was om Nanne te vragen tijd vrij te maken om ze op te hangen...

Filosoferen. (2)

Waarom is iedereen zo trots dat ik gestopt ben?
Snappen ze dan niet dat dat zich nog moet waarmaken?
Zien ze dan niet dat dat nooit goed kan gaan?
Weten ze dan niet dat ik nauwelijks zelfdicipline heb?

Waarom kan ik zelf zo moeilijk trots zijn op twaalf uur?
Waarom ga ik er, stiekem, al van uit dat het me 'toch niet' lukt?

Ik ben benieuwd of mijn verwondering ook groter zal zijn als blijkt dat ik het allemaal wél kan.

Filosoferen.

De vereniging heb ik overleefd.
Ik zit nu op elf uur en vijftig minuten.
Terwijl ik dat opschrjf bedenk ik dat ik klinkt als een verliefde puber die telt hoe lang het nog duurt voor hij zijn vriendinnetje weer ziet.
Maar voor mij is het belangrijk.
De hele vereniging weet het, de hele mikmak. Het hoe, het waarom, het hoelang, de vorige stoppoging en dat die al mislukte binnen vijf uren, en waar ik wel en niet op kauw om maar niet te roken.

Ik begin ook een hoop filosofische onderwerpen aan te snijden.
Alsof mijn hersens ook vastzaten in de teer en nicotine, maar waarschijnlijk omdat ik aan alles wil denken behalve aan die ene sigaret.

Zo liep ik tegen de vraag aan: "Wie ben ik?"
Of liever, wie ben ik zonder sigaret?
Het klinkt als een rare vraag, een belachelijke zelfs. Met of zonder sigaret, het is niet zo dat je werkelijk anders bent, iemand anders wordt, als je stopt met roken. En toch dacht ik erover na.
Ooit had ik in een boek gelezen dat iemand met anorexia niet meer wist wie ze was toen ze ervoor in therapie ging. Haar leven was de anorexia, alles wat ze deed hing ermee samen, zonder dat had ze geen idee hoe haar leven eruit kon zien.
Vanavond, in Tyko onderweg van vereniging naar huis, voelde ik me ongeveer zo. Regels en lichaam en milieu en kinders konden me gestolen worden, ik wilde roken, ik wilde mezelf zijn. Ik zag mezelf zo veel missen.

In de zon relaxen op een mooi treinstationnetje.
Onder een boom in de Ardennen.
Wandelend met de hond door herfstkleuren.
In de auto met mijn favoriete muziek, heel hard.
Op de bank met thee en tijd voor mezelf.
Naast de kerstboom met warme chocomel, alleen in de ochtend.

Al mijn kleine geluksmomenten hebben een sigaret.
Altijd al gehad.
Is een geluksmoment nog wel geluk als je een deel eruit wegsnijdt?
Is tijd voor mezelf nog wel tijd voor mezelf als ik niet roken mag?

Tuurlijk, het went, alles went, het zal vast wennen.
Maar bij geluk zonder roken kan ik me even weinig voorstellen als bij een lichaam zonder littekens of niet kunnen nadenken.
Overdrijf ik nu verschikkelijk?
Waarschijnlijk wel.
Het is tenslotte 'maar' een verslaving.
Geen wezenlijk onderdeel van je leven.
Bakken mensen stoppen van de ene op de andere dag.
En net zoveel bakken mensen stoppen niet, of beginnen weer.
Waarom is er geen CAD voor roken?
Waarom kan ik daar niet voor in therapie?
Moet ik dat eigenlijk wel willen?
Twaalf uur en veertien minuten al.

Ik zit nog zo vol met van die gewoonte handelingen.
Arm naar de zijkant van de pc, daar waar de aansteker zit.
Thee maken en mijn tasje pakken, waar de shag, niet, meer in zit.
Het zal vast slijten.
Het heeft maar te slijten, want anders hou ik dit nooit vol.
En dan kan ik bovendien weer eens over iets anders loggen.

Ondertussen probeer ik zowel niet te roken als zo weinig mogelijk te eten.

Waar halen mensen in hemelsnaam het idee vandaan dat men stoppen met roken 'even' doet....

Koppig maakt ziek.

Die sticker op dat doosje met pilletjes-tegen-de-hoest zei duidelijk dat ik ze met de maaltijd moest innemen.

Maar ik moest zonodig eigenwijs wezen, zoals ik dat altijd ben. Ik had nog nooit een instructie tot de letter opgevolgd en dit zou zeker niet de eerste keer wezen. Bovendien, ik had drie uur daarvoor sinaasappelsap gehad, en dat viel vast wel onder de noemer 'ontbijt'. Daarbij was ik toch echt niet van plan om meer voedsel tot mij te nemen dan strikt noodzakelijk. Ze hebben maar rekening te houden met anorecten hoor bij die medicijn fabrikant.

Een halfuurtje na de pil begon ik draaierig te worden.
Tien minuutjes later kroop de misselijkheid omhoog vanuit mijn bekken.
Weer wat later belde ik vermoeid de assistente van de huisarts, met de vraag wat de te volgen koers was als je de eerste pil van je kuur er meteen weer uitgebraakt had.
Het bleek ook in de bijsluiter -die ik, geheel in mijn eigen eigenwijze stijl, nooit lees- te staan:
Klachten van het maag/darm kanaal (misselijkheid, braken) kunnen voorkomen worden door het middel tijdens het eten in te nemen

Zou een halve rijstwafel ook gelden als maaltijd?

Noot: Om zeker te zijn van de juiste werking heb ik mij in de vereniging bediend van dinsdag patat, dan kan geen pil zeuren over een gebrek aan bodemlaag.

5 uur rond.

Er zitten overigens nog veel meer nadelen aan dat stoppen met roken.

Ik durf niet met de hond te wandelen want dan kom ik buiten (en daar kan je rookwaar kopen) en bovendien pafte ik wat af tijdens de wandelingetjes met Maylinn.

Ik durf niet al naar mijn werk, want daar is een bar en aan de bar rookt iedereen. We verkopen dan wel geen sigaretten meer, maar minstens de helft van de vereniging paft en dus is er altijd wat te bietsen.

Ik durf niet achter de tv, want als er iets is waarbij ik ga roken is het hersenloos televisie kijken.

Ik durf eigenlijk ook niet achter de computer, want als is dat minder hersenloos, het is wonderbaarlijk hoe snel je leert typen met een peuk tussen je vingers -zeer goed voor je toetsenbord..- en ook dat deed ik veelvuldig.

Eigenlijk is het enige dat overblijft: de spelcomputer.
De oude dan wel te verstaan, want onze nieuwe Wii (jaja, wij bezitten sinds vorig weekend een heuse Wii met beweegbare, schudbare en wiebelbare controllers) hoef je maar met één hand te bedienen, en dus kun je met de ander roken.
Maar ja, om de SNES aan te sluiten moet de Wii eerst los en daar heb ik dus eigenlijk helemaal geen fut voor. En om eerlijk te zijn had ik toch al te weinig attention span om überhaupt een spelletje te gana zitten spelen.

Dient de vraag zich aan:
Waar doe ik dit eigenlijk allemaal voor?

Longen, dokters en toekomstige kinderen lijken heel ver weg...

4 uur, 45 min.

Ik probeer imaginaire rooklucht te verdrijven door bakken wierrook en geurkaarsen. Bijkomend voordeel, ik word er zo misselijk van dat ik niet eens meer wíl roken..
Ik zit achter de pc kauwend op kauwgom en een rietje, omdat ik nog geen lepeltjes heb en bovendien heel goed met kauwgom roken kan en er dus iets extra's bij moet.

En in al deze chaos is mijn voornaamste gedachte: Eten, eten, eten.
Geen: Roken, roken, roken.
Niet de drang om in de auto te springen naar de supermarkt of de BP.
Nee, het gevecht tegen al dat eetbare in de keukenkastjes.
Mijn drang naar een sigaret wordt duidelijk overschaduwd door de drang naar eten.
Logisch ook, want al het rookwaar ligt bij Nanne in de auto, en eten is hier gewoon in huis.

Ik ben er nog niet achter of dat gunstig is voor de stoppoging of enkel een uiting van mijn eetgestoordheid...

Hulp.

Plastic lepeltjes.
Bakken, nee, dózen vol met plastic roerstaafjes.

Dan heb ik in ieder geval iets om in mijn mond te stoppen...

Omslag.

Sinds vanmorgen tien uur ben ik gestopt met roken.
Iets met een hardnekkige hoest en een huisarts die zei dat het beter was.
Niet dat ik vanwege de hoest per sé moest stoppen, voor het nare gevoel was het zelfs begrijpelijk als ik zou blijven roken, slijm ophoesten is vele malen fijner dan een nare kriebelhoest. Ook moest ik verwachten dat de hoest, ondanks de pillen die ik kreeg voor mijn longen, in eerste instantie erger zou worden.

En feitelijk zouden Nanne en ik pas stoppen met roken als ik zwanger zou zijn, om de motivatie, en de kans op het slagen van de stoppoging zo groot mogelijk te maken.
Eerdere stoppogingen leerden mij dat ik redelijk zwak was aangelegd, en bovendien mijn gebrek aan sigaretterook ging compenseren met eten, en dat was nu juist wat mijn eetgestoorde geest niet gebruiken kon. En dus stopte ik niet.
Maar zat was ik het wel.
Dat roken, dat moeten.
Ik was er al achter dat het niet de nicotine was, ik kon op plaatsen waar niet gerookt mocht worden uren, zelfs dagen zonder sigaret. Nee, het was de gewoonte.
Het zien van de rook, het iets te doen hebben.
Ik was er op mijn twaalfde mee begonnen en heb bijna mijn hele leven gerookt, hoe raar dat ook klinkt als je pas achtentwintig bent, ik kan me een leven zonder niet goed voorstellen.
Maar ik wilde.
Ik wilde gestopt zijn.
Dat stoppen zelf, nee, dat niet. Maar dat erna, dat leek me wat.
Niet meer na het eten die sigarte moeten, niet bij de bushalte met je verkleumde vingers een sjekkie staan te draaien.

Hoe langer hoe meer stond het me tegen.
Ik rookte minder, en lichtere shag, en daar ook weer minder van.
Ik werd er zelfs misselijk van, van de rook van anderen, van hun -zwaardere- shag en zelfs af en toe van de mijne.
Maar ik rookte door.
Niemand kan beweren dat ik niet vasthoudend in mijn verslaving ben.

Hopelijk ben ik nu ook zo vasthoudend in het stoppen.
Maar jezus...

Wat moet ik in hemelsnaam doen de hele dag...?

zondag, november 18, 2007

Als we toch nog even bezig zijn...

omringd door mensen die het allemaal schijnen te begrijpen

Wat was ik heerlijk naiëf toen.
Mensen die de wereld begrijpen... Volgens mij zijn er daar maar heel weinig van.
De kunst is wie het beste is in het doen alsof...

Vooruitgang.

Om in de nostalgie te blijven -ik heb het nooit zo op de avonden als Lyka net naar huis is, meestal hang ik dan de hele tijd voor de televisie om mijn gedachten stil te krijgen, maar nu was er de doos en was ik toch al melancholisch bezig dus...- bekeek ik wat op mijn oude log. Het is nu een Engels log, omdat deze heb, of nu ja, omdat ik een andere had, die in Frankrijk liep, maar die ging stuk en... nu ja, om iets ingewikkelds kort te maken, ik heb nu deze.

Op dat Engelse log, waar ik zelden wat pen overigens, staan nog wel alle postjes van toen ik net begon met loggen. Ergens in 2003 was dat. En ergens daar stond dit:

Iedereen schijnt een doel in dit leven te hebben behalve ik. Ik snap niet wat ik met dit leven moet ik snap niet wat ik hier doe en wat ik met mezelf moet. Ik begrijp het niet, mezelf niet en de wereld niet en ik ben omringd door mensen die het allemaal schijnen te begrijpen, of in ieder geval doen alsof, en ik voel me de grote buiten staander, de blonde doos, want ik snap er allemaal geen kloot van...

Waarschijnlijk stond het symbool voor de fase waarin ik me op dat moment bevond, of de state of mind, want ander postjes uit dezelfde periode zijn gematigd positiever. Maar toch, veel ervan begrijpen doe ik niet meer.

Ben ik het ontgroeid? Het me rot voelen? De algehele malaise die ik vroeger -blijkbaar- zo vaak had? Of negeer ik het nu gewoon zoveel meer?
Ik kan me er niets meer bij voorstellen, geen leven hebben.
Ik heb doelen, een toekomst, een lieve verloofde, een trouwdatum, een geweldige dochter, vrijwilligerswerk, vrienden. Een deel van al die dingen had ik toen ook al.
Wat is er nu zo anders? Is er überhaupt iets veranderd? Af en toe heb ik het idee dat het enige verschil is dat ik nu ouder ben dan toen.
Slijt gekte?
Blijkbaar wel.
Of dan in ieder geval de mijne.

Soms zou ik willen dat ik mezelf begreep, de mezelf van toen, omdat het me nu allemaal zo wazig en depressief voorkomt en ik totaal geen beeld heb van hoe mijn dagen er toen uitzagen, wat ik dacht, wat ik voelde. Het heeft me toch gemaakt hoe ik ben, tenminste, als we de theorie aanhangen dat een persoon de som is van zijn ervaringen.

Nee.
Doe maar niet.
Nu is goed. Nu is fijn. Nu is duidelijk en redelijk ongecompliceerd.
Dan begrijp ik het maar niet.

Doos vol herinneringen.

Via wat omwegen -die in de praktijk uit enkel Papa P. bestonden- deed mijn moeder mij een doos toekomen.
'Ty' stond erop, Papa P. had desgevraagd geen idee wat erin zat en zo maakten Nanne en ik hem na Lyka's vertrek open om te inhoud te bewonderen.

Behalve een stapel oude Tina's en paardentijdschriften zitten er rapporten in.
Van de basisschool, en van de eerste jaren middelbare.
Eentje van mijn zwembrevet, tenminste, dat denk ik, want erg duidelijk staat het er niet op.
En inentings- en vervolgkaarten van het consultatiebureau.

Allemaal dingen die ik vroeger nooit had.
Niet dat ik treurde, als bleek dat vriendjes en vriendinnetjes wel tastbare herinneringen aan hun jeugd hadden, ik had immers zelf voor mijn isolement gekozen.
Behalve één fotoboek -een cadeau voor mijn tiende verjaardag en het verdwijnen naar jeugdinstelling nummer een- had ik niets van voor mijn veertiende. Wat oude repetitieblaadjes en een oud dagboek, maar daar bleef het bij. Ver weg onderin een la een klein rapportje van een oude jeugdpsycholoog, dat ik vooruit was gegaan, alhoewel het niet vermeld waarin.
Maar het maakte me niet zo uit.
Toen ik tien jaar geleden het contact met mijn ouders verbrak wist ik het nog niet, maar in de jaren die volgden schikte ik me in mijn keuze een soort van wees te zijn. Informatie te missen, niet te hebben.

Nu ik de rapportjes lees zie ik veel herkenning.
Ty in groep drie, in groep acht.
Er mist er eentje van groep zeven, want oja, toen zat ik in een instelling.
Ty is onrustig, vertellen ze. Heeft een wisselende werkhouding, weinig vrienden.
Is onzeker en vraagt veel aandacht. Is slim, maar slorig.
Het klinkt allemaal zo bekend, en zo dubbel ook, omdat ik deels Lyka erin terugzie.
Ergens ben ik blij dat ik ze heb.
Toch een stukje jeugd, wat van mij is, maar nu pas écht van mij is.

Aan de andere kant ben ik teleurgesteld. Verdrietig. Terwijl ik eigenlijk niet eens precies weet waarin of waarop.
Omdat ik inentingskaarten en babyboeken zou bewaren.
Omdat het een soort final act van losmaking lijkt, die dingen naar mij verschepen. Alhoewel ik betwijfel of mijn moeder dat zo ziet. Zien is niet haar sterkste punt, zelfs niet als het voor haar neus in een roze tutu rondjes danst. Dus eigenlijk moet ik me er niet te veel van aan trekken. En gewoon tevreden zijn dat ik ze heb, dat kleine beetje info over wie en hoe ik was toen ik nog te klein was om het zelf te weten. En daarbij, wat zeur ik eigenlijk over banden verbreken en definitiefheid. Ik hoef helemaal niet zonodig aan mijn jeugd herinnerd te worden. Mijn eigen final act was het wijzigen van mijn voor- en achternaam, en veel definitiever dan dat kan je het moeilijk maken.

Maar toch voel ik me, ergens, te kort gedaan.
Weggeschoven, onterft, weggegooid, vergeten.

En ik kan me nog steeds boos maken over die negen voor religie op dat rapport op het gymnasium. Die onaangekondigde S.O., en die acht, die ervoor zorgde dat ik geen tien stond op mijn eindrapport...

donderdag, november 15, 2007

Twee jaar na dato.

Há!

We zijn er eindelijk uit.

07-07-09 gaan we trouwen.

Dat u niet denkt dat we niets doen hierzo, nu we eenmaal verloofd zijn...

woensdag, november 14, 2007

De opmars van een balkje.

Nog even over dat balkje en zijn werkgroep: Tijdens het schrijven van dat postje van zonet ging ik op zoek naar wat linkjes om onder de text te plakken. Iets met de Inburgeringstest ofzo, en misschien ook even een link naar de Van Dale. En toen vond ik dit. Beurtbalkje.nl. Of we toch nog even allemaal willen meewerken aan de promotie van een woord. En in de rij bij de kassa met luide stem aan onze voorganger willen vragen of we het BEURTBALKJE mogen hebben. Een site waar we ons eigen balkje kunnen uitprinten, knippen en vouwen. Hij heeft heeft zelfs een kopje 'Internationaal'. Onder constructie, dat dan weer wel...

Halve/hele burger.

Wij zijn het al sinds voor ons samenwonen oneens over het te lezen krant. En dus doen we aan krant-uitproberen.
Op dit moment hebben we een tijdelijk abonnement op nrc*next, een beetje een yupachtige ochtendkrant met koppen die wat lijken op de metro, maar stiekem veel meer inhoud hebben. Of nu ja, dat mag nrc gaan bewijzen, daar we het ding pas sinds maandag in huis krijgen.

Voor in de krant staat een kopje 'next question', met een bijzonder soort vraag. Een beetje als de rubriek vraag en antwoord in een blad als Quest of Hoe Zit Dat, maar dan met wat meer sociale vragen in plaats van de 'hoe werkt de plasma tv'.
En daar kom je zo nu en dan best boeiende dingen in tegen. Onderwerpen die zeker een vermelding in de krant waard zijn en op zijn minst op zullen roepen tot discussie in de kantine. Zo was vanmorgen de stelling: Leg je het beurtbalkje vóór of áchter je boodschappen?

Dan blijkt er een werkgroep in ruste 'Over de Balk' te zijn, die in 2002 lobbyde om 'beurtbalkje' in de Van Dale te krijgen, waar het naar verluid inmiddels ook staat.
De vraag is of het niet neerleggen van een balkje achter je boodschappen kan overkomen als antisociaal, omdat dan degene achter je het moet doen, maar of je als je het wel doet niet in de wielen zou kunnen lopen van degene achter je indien die het wel zelf wil doen.

De woordvoerder van Van Dale gaat ervan uit dat men in het geval van het ontbrekende balkje er twee plaats, 'veiligheidshalve' aan de voorkant en 'fatsoenlijkheidshalve' aan de achterkant. Goed om te weten dat die voor mij dus niet fatsoenlijk was, anders lag er wel een balkje. Bij Appie hebben ze geen beurtbalkjes, daar zijn er, Van Dale of geen Van Dale, 'kassaband-dividers'. Appie wil graag anders zijn dan de rest, denk ik zo. De woordvoerder daar is van mening dat balkjes of dividers er gewoon al liggen en dat ze dus van mening zijn dat eenieder dat ding achter zijn boodschappen legt. Wel zo duidelijk voor de caissière.
Het balkje is zelfs onderdeel van inburgeringscursussen.
'Wie het waar neerlegt, is afhankelijk van je positie ten opzichte van de balkjes en de boodschappen', meldt een inburgeringsdocent. Als je er bij kan doe je het wel en anders niet.

Toch mooi dat ik even weet dat ik niet ingeburgerd ben, omdat ik soms balkjes bij een andere kassa jat -bij ons zijn ze altijd op- en er dan maar meteen een heel stel neerleg bij de mensen voor en achter me.

Maar ja, ik had ooit voor dat examen op tv dan ook maar een vijf komma drie...

maandag, november 12, 2007

Verwachtingspatroon.

Anderhalve week geleden de vitrage aangeschaft, gisteren Nanne geschopt om te helpen spelden terwijl ik probeerde het hele spul voor de avond genaaid te krijgen.
Wegens gebrek aan houten ophanghaakjes het met touw vastgemaakt, zodat we constant herinnerd worden die haakjes wel te gaan kopen. Plannen maken om het hele gedoe 's avonds naar één kant te schuiven, omdat we een rode kater van drie in huis hebben.

Vergeten het hele spul naar één kant te schuiven.

...

Thyrin heeft er niet aan gezeten.
Met nog geen nagel, geen miniscuul gat kan ik ontdekken in onze nieuwe zonwering.

Zou hij ziek zijn?

Schijnwereld.

Nanne en ik willen graag kinderen.
Ik wil zelfs al vier jaar lang (meer) kinderen.
Maar die komen er niet zomaar.
Zwager N. en schoonzusje M. hebben een erfelijke stofwisselingsziekte en Nanne is drager van datzelfde nare gen.
Ik moest dus getest.
Zo gingen wij in juli naar de afdeling Genetische Knappe Koppen van het Leidse Ziekenhuis en gaan die tot maart bezig zijn met uitzoeken of ik ook een foutje heb op mijn gen om zodoende de kans op zieke kinders minimaal te maken.

In de tussentijd heb ik nog steeds hetzelfde spiraalvormige anticonceptiestaafje en hoeven we nergens over na te denken. Ik ben wat jaloers op de buren die een gezonde zoon hebben, maar rationaliseer mezelf door te zeggen dat zes maanden op vier jaar wachten helemaal zo lang niet is, dat de gezondheid van het kindje altijd voorgaat en kijk vooral gewoon niet zo veel naar andere kinderen.

En toe was ik grieperig.
Van de prik, dacht ik, zoals elk jaar.
Dat ik misselijk was was een beetje raar, maar mijn lijf staat bekend om rare streken dus veel zorgen maakte ik me niet.
Toen ik na twee weken nog steeds misselijk was maakte ik me nog steeds niet echt zorgen. Het was irritant om geen thee te kunnen drinken, maar meer dan dat ook niet.
Tot ik overal gevoelig begon te worden.
En, terugdenkend, daar eigenlijk al wat langer last van bleek te hebben maar er gewoon niet eerder bij had stilgestaan.
(Toe nou, welke vrouw raakt haar borsten aan als ze haar bh aantrekt om te letten op de mate van gevoeligheid?)

En werd ik bezorgd.
Dit kan niet.
Dit kan echt niet.
Ik heb a. een spiraaltje en b. een spiraaltje en bovendien c. een spiraaltje.
Daar komen geen kindjes mee.

Toen ik de assistente van Henk, mijn huisarts, belde en haar het verhaal voorlegde belde Henk terug met de mededeling: Nihil.
Heel, heel, heel erg klein. Dat is de kans dat ik met dat ding in zwanger zou kunnen worden. Mooi. Einde verhaal, alles goed en wel.
Nee, want de 'klachten' bleven.
Ik was schijnzwanger volgens Henk

Schijnzwanger is iets wat voor kan komen bij vrouwen die in hun hoofd veel met zwangerschap bezig zijn. Dé manier om er van af te komen zou volgens de goede raad van mijn huisarts zijn:
Een zwangerschapstest kopen.
Als de schijnzwangere vrouw wordt geconfronteerd met het feit dat er toch echt niets zit daarbinnen, dan zou het wel over gaan. Althans, dat is de theorie.
Zodoende kocht ik een test. Doorstond de blikken van de vaste verkoopster bij de drogist en staarde er een half uurtje naar.

De test was, geheel voldoend aan de verwachtingen, negatief.

En ik ben teleurgesteld.

We willen nog geen kindje, eerst moet de genetische test vertellen dat ik geen enge ziektes heb, dus eigenlijk was dit kindje, dat er geheel theoretisch hypotetisch in potentie geweest zou kunnen zijn, enigszins ongewenst. Of in elk geval te vroeg.
Maar toch, vanbinnen, had ik het ergens wel fijn gevonden om nu al zwanger te zijn...

zondag, november 11, 2007

Wal, sloot.

Dat de -inval- schoonmaakhulp van thuiszorg ook daadwerkelijk dingen schoonmaakt is blijkbaar niet vanzelfsprekend.

Twee van de drie ramen aan de galerij zijn mooi schoon.
Of nu ja, schonér.
Of eigenlijk, op een niveau dat de huismeester niet gaat zeuren, maar niet echt wat men zou noemen 'schoon'.

Dat derde raam, wat duidelijk komt voordat de deur van de buren zich laat aandienen en bovendien aan de binnenkant versierd is met schilderingen die Lyka heeft gemaakt en die de betreffende hulp als het goed is elke week tegenkomt, dat is nog mooi grijs. Met bruine en zwarte randjes.

Ik weet niet wat me het meest ergert, dat de hulp zo slecht schoonmaakt, of dat ik het uit moed der wanhoop en tot pijnscheuten toe zelf over ga staan doen...

dinsdag, november 06, 2007

Downer.

Gewoon voor de lol, en eigenlijk ook wel om te kijken of mijn grammaticale gevoel nu echt afwijkt van wat de regels zijn, daar Nanne en ik nog steeds ideeën hebben over een tweetalige opvoeding, maakte ik wat online Engelse testjes.

Enige Engelssprekende vrienden noemden mij als kind al een 'native speaker', maar voor de zekerheid kijken of dat nog wel klopt zou geen kwaad kunnen.

Ik deed het prima bij de bijwoorden en bijvoegelijk naamwoorden, alhoewel ik in geen enkele taal precies zou kunnen zeggen wat ook al weer de regel was wanneer welk woord nu komt in een zin, en ook bij de voegwoorden had ik meer dan negentig procent zonder de regels daadwerkelijk door te lezen. Het verschil tussen 'also' en 'too' ken ik dan wel niet precies, maar uit het test kwam naar voren dat je ook zonder het precies kennen van regels blijkbaar makkelijk honderd procent goede antwoorden kunt halen.

Feitelijk hoef ik dus alleen nog maar wat Engelse slaapliedjes te leren en alle voorbereidingen voor de tweetalige opvoeding van onze in de maak zijnde kinderen is als goed als af.

Dus waarom, waarom, haal ik maar dertig procent als ik een test moet doen bij het gebruik van vijf verschillende vormen van 'even'?!

Alhoewel de vraag is hoevaak men 'even if's' en 'even whens' nu eigenlijk nodig heeft in het dagelijks taalgebruik tegen kinderen onder de zes...

maandag, november 05, 2007

Anticlimax?

Ik had zo'n verschrikkelijk enge droom.

En al wat ik me herinner is iets met beestjes, een bus, wandelen met zware rugzak omdat er geen bus was, en de toilletten schoonmaken...